Onderwerp: JAZZ
23 Augustus 2011
Peter Beets ontmaskert jazzcomponist Chopin
Door Jorien Heemskerk, foto's Ronald Rijntjes (klik voor vergroting)
Was Frédéric Chopin stiekem de eerste jazzcomponist? Als het aan jazzpianist Peter Beets ligt wel. Dat liet hij afgelopen vrijdag overtuigend horen tijdens een bijzondere avond in het Robeco Jazzcafé, in de Koorzaal van het Concertgebouw Amsterdam. Samen met drie andere wereldberoemde jazzmuzikanten bracht hij imponerende vertolkingen van bekende nocturnes en preludes, en meer.
De muzikale combinatie van jazz en een klassieke componist als Chopin lijkt misschien niet voor de hand te liggen. Toch is er bij nadere beschouwing wel degelijk een link. “Het wezen van jazz is akkoorden pakken en daar een eigen verhaal van maken”, zegt Beets bij de introductie van een van zijn nummers. En wie was er een grootmeester in het spelen met akkoorden? Precies, Chopin. Zijn werk blijkt dan ook een uitstekende basis voor jazzy improvisaties.
Om dat te laten horen heeft Beets niet de minste muzikanten meegenomen: de inventieve jazzgitarist Joe Cohn, met wie hij al eerder in het Concertgebouw optrad; ‘de meest gevraagde bassist ter wereld’ Reuben Rogers, die onder andere speelt met Joshua Redman; en drummer Jorge Rossy uit Barcelona. De eerste twee zijn ook te horen op de cd die aan deze avond ten grondslag ligt, Chopin Meets the Blues (2010).
Enthousiasme
In de intieme sfeer van het jazzcafé geven de mannen deze avond twee optredens van elk een uur. Het is moeilijk om daar de acht nummers in te passen die zij in hun enthousiasme graag willen laten horen. Met veel humor – “We moeten door!” – en enige uitloop lukt dat uiteindelijk toch, en krijgen de aanwezigen uitgebreid te horen wat er allemaal mogelijk is als je jazz en Chopin aan elkaar vlecht.
Soms overheerst het jazzgeluid, soms de klassieke toon, maar alle nummers zitten sterk in elkaar – zowel qua basis als qua improvisatie. Beets laat zijn kracht op klassiek gebied horen in passages uit de originele stukken, maar gaat vervolgens soepel over in een virtuoze jazzsolo waarin nog net aan de onderliggende akkoorden te herkennen zijn. De afstemming met de andere muzikanten en hun improvisaties verloopt al even vloeiend. Het plezier straalt dan ook van het podium.
Creatief
De moderne vertolking van stukken als Nocturne in es-groot en Prelude in e-klein klinkt nergens geforceerd. Integendeel, zelfs de creatieve omzetting van deze ‘donderprelude’ in een lichtvoetige samba lijkt volkomen natuurlijk. En ook bij andere nummers laat Beets zijn creativiteit zien. De zojuist genoemde nocturne is bijvoorbeeld van een wals veranderd in een relaxte vierkwartsmaat en de Mazurka in a-mineur juist in een pittige jazzy flamenco.
Maar het meest indrukwekkend is toch wel de Wals nr. 7 in cis-klein. Dit stuk is vertaald in een ingewikkelde 5/4-maat, die halverwege ook nog eens van accent verandert. Het is daarmee een prachtig en lekker stevig nummer geworden, waarin de oorspronkelijke melodie toch goed herkenbaar blijft. Een perfecte samensmelting van jazz en Chopin, door het publiek enthousiast ontvangen. Wat ons betreft is deze avond dan ook het bewijs geleverd: al in de Romantiek werd de basis gelegd voor inspirerende jazzmuziek.