Onderwerp: JAZZ
21 Augustus 2009
Gemengde gevoelens bij een geslaagde laatste dag van Jazz Middelheim
Tekst en beeld van Michiel Fokkema (klik voor vergroting)
Wederom een prachtige dag. Het festival terrein stroomt al snel weer vol met het zon en jazz minnende publiek. Op papier ziet de line-up er zeer veelbelovend uit.
Bert Joris 4 geeft de aftrap van de vierde dag. Hij heeft al meer dan 20 keer op Jazz Middelheim gespeeld en is daarmee recordhouder. Bert Joris is een duizendpoot. Naast dit kwartet speelt hij nog in talloze andere bands en projecten, geeft hij les, schrijft filmmuziek en arrangeerd. Naar eigen zeggen is het kwartet van vandaag echter zijn favoriet. En dat is dan ook duidelijk te horen.
Het kwartet is dusdanig goed op elkaar ingespeeld dat elk nummer een juweeltje is en je de rillingen over de rug laten lopen. Ze schakelen binnen een nummer moeiteloos over van ballad naar up tempo. Ze gaan gelijk goed en overtuigend van start. Het tweede nummer is speciaal geschreven voor zijn pianist Dado, die minsten zo goed en creatief speelt als Bert zelf. Dado is zo groot dat hij soms in zijn enthousiasme de vleugel een behoorlijk stuk optilt met zijn knie. Het is niet makkelijk om een dag te openen om 15:00 uur 's middags als iedere net een beetje zit bij te komen van de dag er voor. Het Bert Joris kwartet heeft de zaal bij het tweede nummer al helemaal in hun ban en is voor mij het hoogtepunt van de laatste twee dagen van Jazz Middelheim.
Jason Moran (piano) heeft een stuk geschreven geïnspireerd op een gemeenschap van Amerikaanse vrouwen die quilts maken. Daarbij vertellen ze verhalen en zingen ze. Samen met Bill Frisel op gitaar, zijn vrouw Alicia Hall Moran die sopraan is, een bassist en een drummer vertolken ze dit. Het begint met een ongedefinieerde brei van geluid. In het begin hoop je dat dit de opmaat is voor begrijpelijke muziek. Helaas bleef dit zo doorgaan. Afgewisseld met stukjes tekst en stukjes muziek die toch in de verte wel deden denken aan blues en gospel bleef het mij toch pijn aan de oren doen. Overigens speelde Jason Moran op bas wel een mooie solo.Het geluid was niet om over naar huis te schrijven. De bas en de bass drum stonden veel te hard en kwamen daardoor erg opdringerig en dominant over. Als klap op de vuurpijl werden er aan het eind stukken uit de muziek gelijk live gesampled en er doorheen gespeeld. Maar eerlijk is eerlijk, aan de reactie van de zaal te horen waren er ook veel mensen die het wel konden waarderen. Ook sprak ik later mensen die er wel degelijk van onder de indruk waren. Smaken verschillen zullen we dan maar zeggen.
Beide twee oudgedienden; Kenny Baron op piano en Charlie Haden op bas. Deze avond zijn zij de meesters van de klare lijn. Ze spelen een aantal standards op rustige bijna hypnotiserende wijze. Sommigen vinden het echter op den duur werkelijk slaapverwekkende. Scheurende solo's zat er dan bij hen ook niet in. Wel zorgvuldige gespelde nummers met een heldere articulatie en elke noot wel overwogen op zijn plek. Al met al goed genoeg voor een staande ovatie en een toegift. Charlie grapte nog dat hij vond dat het publiek goede oren had. "Wat zou de wereld toch mooi zijn als iedereen zulke goede oren had" voegde hij er nog aan toe. De toegift was het pareltje van het concert. Kort, maar perfect in harmonie en samenspel.
Saxofoon acrobaat David Murray komt met een 9 man sterke Cubaanse band en combineert dit met een 11 man sterke strijkers sectie. Ze spelen nummers van Nat King Cole maar dan met een sterke Cubaanse ondergrond. Dit is goed voor een swingend concert. De Cubanen en de strijkers mengen goed. De solisten zijn allemaal uitstekend en David Murray soleert alsof zijn leven er van af hangt. Hij combineert hele diepe noten met extreem hoge noten op zijn tenor saxofoon. Hij overbrugt moeiteloos een paar octaven en rijgt de noten als in een waterval aan elkaar. Werkelijk virtuoos. Ondertussen dirigeert hij ook nog moeiteloos maar met strakke hand de band. Een beter eind van een wederom zeer geslaagd Jazz MIddelheim festival kan je je niet wensen.