Onderwerp: JAZZ
6 Mei 2008
Fay Lovsky, Eric Vloeimans en Jeroen van Vliet kregen Doorn stil met poëtisch optreden
Tekst en beeld van Danièl Kuyper (klik voor vergroting)
Ze traden vrijdag 25 april 2008 op in het Cultuurhuis te Doorn.
Fay kent zichzelf een bescheiden rol toe temidden van de virtuose trompetist Eric en de virtuose pianist Jeroen. Maar deze drie samen hebben een enorme synergie. Je verwacht iets speciaals. Zien, horen en meebeleven gaan hand in hand. Niemand voert de boventoon, al kan Fay met haar stem grote hoogtes bereiken. Eric haalt geluiden uit zijn trompet die je niet voor mogelijk houdt. Zachte glijdende soms huilwindachtige klanken. Het samenspel van dit team verraad het elkaar goed aanvoelen. Jeroen lijkt de meest introverte en de pianotoetsen zijn een verlengstuk van zijn vingers. Zijn prachtige rechte rug laat je vermoeden dat hij volledig in het samenspel opgaat. Fay is het meest veelzijdig. Met drie stokken bespeelt ze de xylofoon. Ze fluit op een rood keramiek Zeppelin vormig instrument. Ze laat de zaag zingen, bespeelt de theramin en doet meer.
Het is nog licht als het begint. De gordijnen in de hoge zaal zijn open. Dat geeft een zee aan daglicht en een dynamisch decor. Vanaf de eerste noten in het muisstil in de zaal en iedereen luistert voelbaar. Uit de boxen klinkt een zacht ondergronds trollen gemurmel. Fay laat je met haar hemelse stem geloven dat er een nieuwe dag kriekt. De trompet geeft de eerste zonnestralen. De piano laat het heldere beekje klateren. Drie energieën met die elkaar harmoniëren. Hoe makkelijk zou het zijn om met wat extra volume de aandacht naar je toe te trekken? Dat gebeurt niet. Egoloos en met beheersing is deze opening een opwarmer voor wat ons te wachten staat. Het tweede nummer heet throwing bubbles in the sky. Hoe anders kan de trompetist het evenwicht herstellen van de bubbels in de lucht dan door het aftappen van de trompet achteraf? Het derde nummer zou prima filmmuziek zijn. Ik ken de film niet maar ik geniet van de humor die er in zit. En dan gebeurt er opeens iets opmerkelijks. Eerst leek het er op dat Fay het mondorgel bespeelde. In tweede instantie lijkt het alsof ze als een kind de laatste snoeprestjes van een snoeppapiertje af eet. Dit zegt iets over de onbevangen sfeer op het podium.
De zingende zaag. Dan denk je al gauw aan een clown in het cirkus. Net zoals velen bij een trompet aan hoempapa denken. Twee keer mis. Hier wordt heel gevoelsrijk en subtiel gemusiseerd. Het gaat niet om de musikanten of de instrumenten. De compositie vertaalt zich in een beleving bij de ademloos luisterende zaal. De zingende zaag en de fluisterende trompet met de kabbelende toetsen blijven je nog lang bij. De kenners onder ons zullen niet verbaasd zijn; De zaag is een echte Mussehl & Westphal.
De naam Fay Lovsky zal je niet snel vergeten. Het klinkt melodieus en krachting. Ze heeft in 1981 een hit gehad met Christmas Was A Friend Of Mine. Daarom vind ik het symbolisch dat ze achterop haar bloes een ster draagt. Want die tijd heeft ze achter zich gelaten maar nooit verlochend.
Dan ineens hoor je krekels op de achtergrond. Zomerloomheid trekt door de zaal. iedereen blijft ademloos. Alleen af en toe stoort het geklik van camera’s. Sorry, voor het ongemak maar er was in de pauze ook een reactie van een dame die vond dat het geklik af en toe in het ritme van de muziek viel.
Door Vloeimans schiet me een flard van een gedicht te binnen.
'De trompetist is groot, hij hort niet of stoot, alsof hij zachtjes floot tewijl de zaal genoot.'
Van Vliet speelt geconcentreerd, Vanaf zijn pianokruk draait hij af en toe naar de laptop naast zich. Hij beeldt een dartel door de wei springend veulen uit terwijl alleen zijn armen bewegen. Die paradox verraad dat muziek het verlengstuk is van je innerlijk Daarom is muziek niet leeftijdgebonden. Dat blijkt ook uit de zaal. Daar zitten scholieren en gepensioneerden. Zelfs
een hond. De hond is als enige in de zaal gevraagd om te particiteren in het optreden. Lovsky vertelde dat ze regelmatig bij het bespelen de theramin honden laat meejanken. Dat gebeurt soms gewoon. Verbieden heeft geen zin. De hond in de zaal wilde deze avond liever luisteren dan meedoen. De theramin is één van de eerste electronische muziekinstrumenten. Dit zeldzame apparaat raak je niet aan. Antennes registreren de de positie van je handen en daardoor wordt de toonhoogte en het volume gevarieëerd. Het bespelen heeft iets geheimsinnigs. Dat past ten voeten uit bij Fay en deze avond.
Fay vertelde over een Japans liedje dat ze had geleerd. Ze wist niet wat het betekende maar kon het goed nazingen. In een Japans restaurant kwam ze er achter wat het betekende. Daar zong ze het voor Japanners. Die lachten om haar uitspraak maat zongen wel mee. Het was een bekend kinderliedje. Muziek is niet land of taal gebonden eerder grens overschrijdend of zelfs grenzenloos. Dat laten Fay, Eric en Jeroen deze avond overduidelijk zien en horen.
Heel indrukwekkend van Vloeimans was hoe hij kon luisteren naar de solo's van Van Vliet. Hij zat dan stil en onbewegelijk op te gaan in het melodieuze pianospel. Geen geknoppendraai of iets anders. Die eenheid op het podium ging naad- en draadloos over naar de zaal.
Als je Eric gadeslaat zou je kunnnen denken dat drie knoppen op de trompet voor hem wat weinig is. Daar heeft hij wat op gevonden. Met zijn voet bedient hij een pedaal en een tabelau met 18 knoppen. Elektonica is niet meer weg te denken. Ook mevrouw Lovsky houd van speeltjes die geluid maken. Maar het speeltje dat ze het best beheerst is haar stem. Ze gaat ermee terug naar de basis. Plezier met geluiden. Grenzen opzoeken. Aansluiting vinden bij andere instrumenten. In deze setting is dat voortreffelijk gelukt. Doorn mag blij zijn dat deze formatie haar heeft willen aandoen.
Lovsky is de laatste tijd nogal actief met teksten schrijven. Bij twee nummers heeft ze de tekst pas gisteren geschreven. Het spiekbriefje wordt haar dus ruimhartig vergeven. Twee nummers wil ik nog apart noemen die extra indruk hebben gemaakt. Sway with me en Images of Washington.
Een avond die je niet snel vergeet want het hoeft niet altijd hard en mainsteam te zijn.