Onderwerp: DANS
5 Februari 2008
Unieke samenwerking tussen choreograaf en beeldend kunstenaar in Beeldschoon!
Tekst en beeld van Mieke Kreunen (klik voor vergroting)
Karin Post is één van de choreografen wiens werk vertolkt wordt in het nieuwe programma Beeldschoon! van Introdans Ensemble voor de Jeugd. Zij is ook de enige Nederlandse choreograaf in het gezelschap dus toen de kans zich voordeed om haar te interviewen grepen we die met beide handen aan.
Karin Post heeft samen met beeldend kunstenaar Yvonne Fontijne een uniek project gerealiseerd waarbij er animaties gemaakt door Yvonne en de choreografie van Karin in één stuk samenkomen. Het ballet 'Ballade' is speciaal in opdracht van Introdans gemaakt en beleeft binnenkort de wereldpremière. De animaties zijn gemaakt met behulp van 'motion capture' waarin de bewegingen van dansers zijn vastgelegd. In de uiteindelijke animatie worden die bewegingen soms figuratief (waarin nog een menselijke gestalte herkenbaar is) en op andere momenten ook heel abstract (waarbij alleen nog het vormenspel overblijft) gebruikt. Alleen de bewegingskarakteristieken van de dansers blijven dan in interactie met de dans van de echte dansers op het toneel ervoor. Op mijn vraag hoe ze nou met een choreografie begint, vertelt Karin dat ze een aantal ideeën had liggen waaronder dit, een verhaal geïnspireerd op de Franse film Le Ballon Rouge. Samen met scriptschrijver Rob de Graaf maakte Karin een eigen sprookjesachtige verhaallijn die in combinatie met de animatietechniek vooral appeleert aan de zintuigelijke waarneming van de toeschouwers. Het is bijna als een stripverhaal neergezet met grote bewegingen en karikaturale elementen in de dans en de muziek.
Tijdens de repetitie die ik voorafgaand aan het interview bijwoonde had ik gezien dat Karin de dansers sommige stukjes laat improviseren. Ik vraag haar of ze het belangrijk vindt dat dansers hun eigen inbreng hebben. Ze geeft aan dat ze de ervaring heeft dat in repetoiregezelschappen over het algemeen weinig plaats is voor persoonlijke uitdaging maar dat zij zelf veel waarde hecht aan het zoeken naar eigen uitdrukken en 'taal'. "Het is heel interessant om te zien wat er gebeurt als je dansers niet jouw passen aanbiedt maar ze vraag zelf uitdrukking te geven aan bepaalde frases van de dans". Daar tijd voor nemen staat alleen over het algemeen jammer genoeg op gespannen voet met de beperkte repetitietijd die beschikbaar is om een choreografie in te studeren. Karins ervaring is wel dat dansers het fantastisch vinden om te doen en dat ze op die manier ook een eigen vocabulaire ontwikkelen maar voor de choreograaf is vervolgens nog best een klus om het in te passen en te structureren.
Vindt Karin dat het voor een choreograaf nodig is om zelf gedanst te hebben en om die vertaling naar een eigen vocabulaire in beweging zelf te kunnen maken? "Het is zeker handig", zo geeft Karin toe, "en de meeste choreografen zijn zelf ook danser (geweest) maar er zijn ook wel choreografen die niet zelf gedanst hebben zoals Jan Fabre, maar die hadden altijd iemand dicht in de buurt die wel danste. Voordeel voor de choreograaf/niet-danser is dat die zich niet vanzelfsprekend in het dansidioom voegt en natuurlijk zijn niet voor alle bewegingskunsten die fijne motoriek of gedetailleerde ritmes van de dans nodig om interessant te zijn. Toch moet je dan constateren dat het lichaam dan vaker als beeldend object wordt gebruikt in dat soort gevallen".
De techniek is tegenwoordig voor iedereen bereikbaar om zelf muziek te maken of animaties, betekent dat nou dat iedereen met zo'n motion capture toepassing een choreografie kan maken? Een moeilijke vraag, zo blijkt als we daar even over doorpraten. Want ook veel choreografen maken gebruik van gesamplede muziek waarvoor ze geen conservatoriumopleiding hebben gevolgd. Is dat dan niet hetzelfde? Wanneer is er nou sprake van een echte creatie of van echte kunst?
Volgens Karin zit hem dat in dit geval vooral in de andere manier van kijken en uitdrukken van de kunstenaar. Yvonne heeft hele prachtige dingen gemaakt die veel minder voor de hand liggend zijn dan een niet-kunstenaar met dezelfde techniek zou kunnen bedenken en dan ontstaat er ook een meerwaarde die de interactie met de choreografie zo interessant en uitdagend maakt.
Tot slot praten we nog even over een uitspraak van Joop van den Ende die onlangs een stelling poneerde dat dansers in het buitenland beter zijn dan in Nederland. Hij verklaarde dat door aan te geven dat het heilige moeten - mede vanwege het sociale vangnet - bij Nederlandse dansers minder aanwezig is dan bij dansers in het buitenland. Karin Post is het daar niet mee eens want haar ervaring is juist dat dansers bijvoorbeeld in Amerika, langdurige carrières kunnen hebben zonder dat ze persé de beste hoeven te zijn. Het gaat er in gezelschappen vaak om of iemand zich inzet, er altijd is en zich verantwoordelijk voelt voor de hele productie en niet zozeer over wie het hoogste been heeft. En die dansers, met dat type inzet, die vind je in Nederland net zo goed. Wel is Karin van mening dat het de Nederlandse dansers nog wel eens ontbreekt aan 'auditie skills' en het eclatante en expressionistische dat nodig is om jezelf te verkopen en ook anderen te overtuigen van je kunnen. Wellicht stelt Joop van den Ende trouwens ook andere eisen aan de dansers in zijn musicalproducties omdat zij een verhaal verder moeten helpen, een emoties moeten oproepen terwijl de danswereld vaak bezig is met het uitbeelden van emoties. Dat vraagt andere vaardigheden en talenten van dansers die niet alleen vaardigheden en techniek moeten hebben maar ook een theatrale persoonlijkheid moeten ontwikkelen.
Tot slot krijg ik nog even een klein voorproefje van de animaties die er inderdaad werkelijk schitterend uitzien. Ik kan bijna niet wachten om te zien wat er uiteindelijk bij de première van Beeldschoon! te zien zal zijn. Beeldschoon! gaat in première op 23 februari a.s. in de Schouwburg Arnhem. Voor meer informatie kunt u terecht op de website van Introdans.
Introdans Ensemble voor de Jeugd - website