Onderwerp: MUZIEK, JAZZ
13 Augustus 2006
Shapes Buckshot Groningen
Door Maarten Bronts met foto's van Jan Luursema (klik voor vergroting).
Gezien op 23-07-2006.
Na veel pop/rock-artiesten begeleid te hebben, besloot Roger Burn dat het tijd was om weer eens echte jazz te spelen. Hij kocht een vleugel, nodigde vrienden uit om te komen jammen en voor ze het wisten was er een nieuwe band. Na tien jaar commercieel circus had Burn geleerd dat een band het best werkt als die bijeen blijft. “Shapes is niet zomaar bijeengeraapt, het gaat hier om toewijding,” zegt hij. Met de blik vooruit en de voeten stevig verankerd in diverse muziektradities heeft Shapes in de afgelopen zes jaar bewezen dat ze geen hobbybandje zijn. “We moeten excellent zijn, wat heeft het anders voor zin?” Aldus Burn. Op de laatste dag van de tournee door Nederland speelt dit monsterverbond in café Buckshot in Groningen. Op de begane grond, achterin, op het mini-podiumpje waar ze maar net op passen met z’n zessen. Tijdens het optreden wordt in de Buckshot-studio op de bovenste etage alles nauwkeurig opgenomen, zodat de band ook deze opnamen eventueel kan gebruiken voor een toekomstige live-cd. Die kan heel goed beginnen met het eerste nummer van vanmiddag, Train’s A Comin’, waarbij het publiek vanaf de eerste minuut wordt betrokken bij het gebeuren en uitgenodigd wordt mee te klappen om Ollestads ritmische blaas- en zuig-groove op de mondharmonica te begeleiden. Amerikanen zijn er dol op om een concert overdonderend af te trappen en laten ons meteen weten met welk kaliber we te maken hebben. Bevers van het zuiverste water, waarachtig, virtuoos. Een pakkend thema, dan een walking swing, niettemin zeer modern opgevat. De Leeuwarder Oeds Bouwsma geeft er geen blijk van een invaller te zijn, hij speelt met deze Californische veteranen alsof hij niet anders gewend is. Juist goed op weg laat de voedingskabel van de geleende RD-700 van Burn los, nota bene tijdens een solo. Da’s mooi rumpel, “Doe maar of het een tv-show is, dit wordt take 2,” roept Burn na stevig vast-tapen van de stekker. Hup, gewoon nog een keer en men begint opnieuw. Na afloop stemt een ieder ruimschoots in met Burn’s “Wasn’t that worth another try?” en de toon is gezet. In Measure Once doet Shapes erg aan een ruige Steely Dan denken, ook doemt al gauw Alive in LA van Lee Ritenour op in het achterhoofd: de zomerse namiddag, de bezetting, de flair, het élan. Richard Smith speelt halverwege een vette swamp blues solo en komt met zijn performance zeer expressief uit de verf.
Derge levert een steady funk/hiphopgroove, deze mannen blijven relaxed en worden als improvisatie-specialisten ook bij unisono doorgecomponeerde passages nooit daft of dull. Ook ‘Oots Bowsmoa’ maakt zich hier niet te dik en toont zich een kundig local hero, met knipogen naar Eddie Gomez wat betreft de basgitaristische benadering van de contrabas. Richard Smith toont vervolgens zijn skills als solo-artiest en leidt in zijn eentje zijn eigen compositie Beyond the Mountains in. Met subtiele aanvullingen van Ollestad en Suzuki, die wegdroomt met zijn shaker egg, begeleidt Smith zichzelf in akkoord en melodie. Hij combineert op ontspannen wijze technische virtuositeit met gevoel- en smaakvolle muzikaliteit en brengt een aansprekend verhaal over.
Shapes toont ons waar we de komende jaren heengaan op modern crossovergebied. Dave Derge opent het laatste stuk van de eerste set met een onorthodoxe solo-drum-performance. In combinatie met een grote shaker in de hand zet hij bij de toeschouwers menigeen op het verkeerde been, maar natuurlijk valt de hele band naadloos in. Zong Burn al eerder vanmiddag unisono mee met themamelodieën, Ollestad laat nu ook zien uit welk veelzijdig hout hij gesneden is. Een soulzanger met shaker egg in de hand, men vult en voelt elkaar uitstekend aan. Met het voorstellen van de band bij de John Scofield-kraker I’ll Take Les gaan we de pauze in om even te kunnen bijkomen van deze eerste verpletterende helft.
Onder aankondiging van “musical acrobatics” zijn hier, in het eerste stuk van het tweede gedeelte Spirituall dan eindelijk de Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse invloeden in ritmiek en harmonie waarzonder geen crossover compleet lijkt en waarnaar we al uitzagen. Dan is het tijd Sietse Huisman op gepaste wijze te bedanken voor zijn onbaatzuchtige inspanningen ten aanzien van het organiseren van deze tournee. Hij neemt plaats achter zijn eigen drumstel en speelt Herbie Hancocks klassieker Cantaloupe Island mee in een vrij traditionele interpretatie. Dit wordt een eerbetoon aan de groten: iedereen gaat ouderwets los (band om-de-beurt, publiek gelijktijdig) op deze kraker van een standard. Wat meer kunnen we dan nog weten? Suzuki’s kwantumfysica en numerologie heeft als ontspanning de geheimen des levens in de vorm van een trage, easy blues voortgebracht. Na deze mooie compositie volgt nog een rustig stuk: Sotto Voce van de hand van Ollestad. In het nummer daarna trekt Smith alle registers open en dient zich een additie aan op het aloude advies voor muzikanten (veel oefenen): veel naar Shapes luisteren. Met nogmaals I’ll Take Les om het af te maken worden de Shapes als vrienden voor je.
Zo gemakkelijk als de biografie op shapesmusic.com ons wil doen geloven ging het natuurlijk niet allemaal: er zit heel wat compositorisch werk achter deze band. De beide keyboards bijten elkaar nooit en de benodigde momenten waarin een instrumentalist terugtreedt en even niet speelt zijn zeer smaakvol. Het timbre van de mondharmonica/bluesharp van Ollestad werkt heel verrassend op het totaalgeluid en wordt nooit kitscherig. Shapes tapt in verschillende cohesieve muzikale vormen uit vele vaten, niet alleen die van de Buckshot-toog. Tijdens zijn verblijf in Nederland heeft Roger Burn erg genoten van de artistieke openheid van Nederlanders en slechts enkele onaardige inwoners ontmoet. Hij zegt dat Nederlanders zijn muziek waarderen en dat is niet in geld uit te drukken. Ondanks al het perfectionistisch vooruitplannen kon Burn echter niet voorzien dat de meeste auto’s in Nederland handgeschakeld (‘stick shift’) zijn en er slechts twee bandleden zijn die hier konden rondrijden. Ze willen graag gauw terugkomen en zorgen dan waarschijnlijk voor een automaat of een chauffeur.
Line up
Roger Burn “ leider, keyboard (hoofdzakelijk pianogeluid), composities, zang
Tollak Ollestad “ (chromatische) mondharmonica, bluesharp, keyboard (vooral hammondorgelgeluid), zang
Richard Smith (vervangt Michael Higgins) “ gitaar
Andy Suzuki “ dwarsfluit, sopraansax, tenorsax
Dave Derge “ drums
Oeds Bouwsma (vervangt Dean Taba) “ contrabas