Onderwerp: OEROL, TONEEL
16 Juni 2015
Theater op een T-splitsing
Door Youetta Visser met foto's van Mieke Kreunen
Theater Utrecht stort zich deze Oerol op 'Stad der Blinden', een bekend boek van Nobelprijswinnaar José Saramago. In de schuur van Corné Zorgdrager pakken ze groot uit om het verhaal van de stad die geteisterd wordt door een plotselinge epidemie van blindheid gestalte te geven. Het publiek zit er boven op en kijkt de vooraan zittende vertelster, een prachtig geconcentreerd gespeelde rol van Karina Smulders, vol in de ogen. Toch blijft er afstand.
Het is een knap staaltje theatrale vormgeving. In de ongenaakbaar grote schuur creëert regisseur Thibaud Delpeut een stad, voor het doorzichtige doek, waar de een na de ander elkaar aansteekt tot blindheid. Witte blindheid, de ogen verblind door een wit licht. Achter het doek zien we de quarantaine afdeling in een oud gekkenhuis, waar zij worden opgesloten. En daarbuiten, achter de helverlichte deur aan het eind van het toneel, onzichtbaar voor de kijkers de gewapende mannen die steeds meer eisen voor steeds minder voedsel. Geef ons je sieraden, geef ons jullie vrouwen! De groep in quarantaine probeert tegen de klippen op nog enige waardigheid te behouden tussen het vuil en de honger. Alles op de tast.
Een aangrijpend verhaal, dat in goede handen is van Theater Utrecht, die inmiddels een indrukwekkende reeks dramatische theatervoorstellingen op zijn naam heeft staan. Ook nu dompelen de acteurs zich vol overgave in de werkelijkheid van de aftakeling. Ondersteund door vele visuele- en geluidseffecten trachten ze de toeschouwers er met de haren bij te slepen. De tekst is ook sterk: "Wie ben je, als je jezelf niet meer kunt zien?" Toch komt de wanhoop en waanzin niet ten volle over op het publiek. Is het de afstand, doordat we via de vertelster naar het relaas van een van de spelers kijken? Kan het publiek onvoldoende meeleven met deze hoofdpersoon, de enige ziende in een blinde omgeving? Blijft de tekst teveel een leestekst? Of is het te hoog gegrepen je in te leven in de wanhoop van blinden als je tegelijkertijd naar ze kijkt? Het is in ieder geval niet constant geloofwaardig dat de acteurs blind, wanhopig en hongerig zijn.
Als de blinden uiteindelijk ontsnappen, vinden ze een stad in verval. De epidemie heeft ook hier huisgehouden. De hoofdpersoon heeft inmiddels de plek van de vertelster ingenomen; een sterke zet van de regisseur die zo weergeeft dat het stokt in haar hoofd, na de moord die zij, tot wanhoop gedreven, pleegde met een schaar. Uiteindelijk kan het verhaal nog maar twee kanten op. Weer zien, of ten onder gaan. Ook de toeschouwers belanden na anderhalf uur theater op een T-splitsing: gegrepen zijn of opgelucht naar buiten lopen.