Onderwerp: OEROL
14 Juni 2015
Waar ligt de grens?
Door Youetta Visser met foto's van Mieke Kreunen
Helemaal op Oost, op het strand net voorbij Heartbreak Hotel ('de laatste koffie voor Ameland'), speelt 'Dead End'. Het staat er op een metershoog bord bij, maar ook zonder dat snapt iedereen dat alles hier eindigt. Een goede locatie voor een theaterstuk over een vluchteling en een grens. De grenswachter, componist en speler Sytze Pruiksma, bestookt hem tijdens zijn vlucht richting de grens en publiek met dreigende ritmische muziek. Dead End is de eerste in een nieuwe reeks voorstellingen van theatergroep Via Berlin met als thema illegaliteit. Een aangrijpend samengaan van beeld en geluid, van dans en muziek, dat naadloos past binnen de omgeving van krijsende meeuwen: Vrijheid!
De tocht van de vluchteling, gespeeld door Gerindo Kartadinata, is lang. Letterlijk uit de verte, van de waterkant, nadert hij de grens en de grenswachter. Over hekken, weer terug om zijn oude leven achter zich te verbranden, vallend, vlaggen hijsend, slapend op een metershoog hek, rollend, hollend en schreeuwend. Dansend met de elementen. De grenswachter vlak voor de publiekstribune speelt op een dulcimer stoïcijns zijn haast Philip Glass-achtige uitputtende compositie. Het duurt ruim twintig minuten voordat de vluchteling bij de grens is. Natuurlijk, een vlucht is lang, maar de vraag rijst of dit niet even doeltreffend in een korter tijdsbestek theatraal kan worden overgebracht.
Regisseur Dagmar Slagmolen kan kiezen uit een keur aan indrukwekkende beelden. De vluchteling rolt zich bijvoorbeeld in de wind in een tentje en in een gouden doek, die aan de voorstelling Kintsukuroi van Oerol 2014 doet denken, toen op het andere uiterste van Terschelling. Daar omhulde een eveneens gouden doek het dansende lichaam van een vrouw die was meegesleurd door een tsunami. Hier, bij 'Dead End', dat van een vluchteling die juist door een getijdenstroom naar de wal is gedreven. Beelden van oerkrachten, de mens als speelbal daarvan. Bij 'Dead End' beklijft ook het beeld van kledingstukken, die door de kracht van de wind terug tegen het hek zijn gesmeten. Het doet denken aan degenen die daar achterbleven. Sterke theatrale beelden vol zeggingskracht, hoewel een versimpeling van het vraagstuk van vluchtelingen.
'Onze' vluchteling gaat ondertussen door. Hoe dichter hij de grens nadert, hoe meer het een directe interactie met de grenswachter wordt en van een onstuitbare vooruitgaande beweging tegen het ritme van de macht. De spanning neemt toe, de dulcimer wordt verruild voor slagwerk. Voordat het een gevecht van man tegen man is, kijkt de vluchteling het publiek ineens aan. Gezeten op een strandstoel. "Hypocriet", blaast hij tegen de wind in de kijkers toe. Daarmee legt hij feilloos de vinger op de zere plek van alle toeschouwers en, zeker op dit moment, van alle Europeanen. Waarom zitten wij hier en hij daar? Wat maakt ons anders? Waarom hebben wij het recht hier te zijn en hij niet?
Tot bijna het einde van de voorstelling blijft de vraag: haalt hij het? En, zo ja, wat dan? De man aan de grens doet punctueel ons vuile werk. Na gedane arbeid is hij een met de vogels om hem heen, via zijn nu lieflijke en droomachtige muziek. Even niet aan de grens denken. Even wegkijken. Ook een helder beeld. Het komt de meeste van de toeschouwers waarschijnlijk angstig bekend voor.