Onderwerp: OPERA EN OPERETTE, Holland Festival, FESTIVAL
2 Juli 2014
Oidipous waardig afscheid voor Audi
Door Youetta Visser met foto's van Janiek van Dam
Ben je als mens in staat je eigen weg te bepalen, of word je meegesleurd met grote ontwikkelingen waarop je weinig invloed hebt? Een week na de voorstelling van Arianna op Oerol, staat dezelfde vraag centraal in het semi-scenische oratorium ‘Oidipous’ op het Holland Festival. Componiste Calliope Tsoupaki maakte een Oudgriekse bewerking van 'Oidipous in Colonos' van Sophocles. Zij koos voor historische (barok)instrumenten, schrijver Edzard Mik maakte het libretto.
Als Theseus terug is gekeerd naar huis en gekroond is tot koning van Athene, klopt Oidipous bij hem aan om in Colonos, een voorstad van Athene, te mogen sterven. Oidipous heeft als jonge man zijn vader gedood en is zijn moeder getrouwd, zonder dat hij dat wist. Het kwam hem te staan op goddelijke toorn, die hem uiteindelijk alles in zijn leven ontnam.
Tsoupaki maakte er een actueel drama van, met een vernuftige mengeling van oude en nieuwe klanken, gespeeld op barokke instrumenten. Dirigent Jos van Veldhoven houdt de muzikanten op onder andere gamba, orgel en theorbe kort, waardoor zij fris in het gehoor blijven en niet gaan slepen. Degenen die de inleiding op de voorstelling hebben bijgewoond herkennen net als de kenners de introductie van een nieuw deel door drie trombones en kunnen horen dat de muziek in andere toonsoorten is geschreven dan de huidige. De muziek is toegankelijk, maar het verhaal is helaas nogal moeilijk te volgen. De wisseling van rollen is verwarrend, zeker nu de spelers niet - zoals vroeger gebruikelijk was - maskers dragen die aangeven welke rol zij spelen. Bovendien zingen de drie solisten ook de koorpartijen. Dat niet het hele toneel zichtbaar is voor de toeschouwers in de zaal, draagt bij aan die verwarring. Ook de tekst biedt weinig houvast. De verhaallijn is kort: het gaat immers om 'Oidipous in Colone', een stuk dat Sophocles op hoge leeftijd schreef, over de oude Oidipous die aan lager wal geraakt en blind geworden een verblijf vraagt in Colonne, waar hij zal sterven. Hij beklaagt zich over zijn lot dat hem zoveel leed berokkende en lijkt weinig verantwoordelijkheid te nemen voor zijn daden.
De zang is eersteklas. Langgerekte klaagzangen en beheerste tremolo's rollen door de zaal. De eindeloos vervliegende uithalen van sopraan Nora Fischer, die onder meer de dochter van Oidipous vertolkt, roepen beelden op van een landschap van heuvels en zee en bieden een mooi tegenwicht voor de zware bas van Harry van der Kamp. Tenor Marcel Beekman schakelt schijnbaar moeiteloos naar kopstem en weer terug. Drie topzangers waar Nederland trots op mag zijn en die in timbre en klankkleur goed aansluiten bij deze prachtige muziek.
Het kale Grieks-witte decor en de stemmige choreografie, een mise-en-espace van Pierre Audi, dragen absoluut bij aan de verlatenheid en eenzaamheid die de voorstelling wil uitstralen. Op de achtergrond van Oidipous hangt een metershoog hoofd van vellen papier aan de wand, beschenen door verschillende kleuren licht. Het (on)beschreven lot dat kleurt naar het zich ontvouwt? Jammer is de plaatsing van het decor tussen het publiek. Hierdoor heeft niet alleen vrijwel iedereen die beneden zit beperkt zicht op het podium, een deel van de toeschouwers zit ook nog eens zo dichtbij dat de zichtbare lichamelijkheid van de spelers de magie van de voorstelling soms verstoort. De schoonheid van deze voorstelling zit vooral in de muziek en de zang, uniek en van zeer hoog niveau. Het is de kracht van het Holland Festival dat het publiek mag genieten van een dergelijke onvergetelijke ervaring. Een waardige afscheidsvoorstelling voor Pierre Audi.