Onderwerp: LOCATIETHEATER, OEROL
19 Juni 2013
Het is geen vraag, het is een gegeven
Door Youetta Visser met foto's van Mieke Kreunen
“Het is geen vraag, het is een gegeven. Ze ging weg en ze komt terug. Blijkbaar kiest ze dus voor hem.” Maakster Ilmer Rozendaal praat over de personages in haar voorstelling als zelfstandige wezens die eigen beslissingen nemen. Liefdevol. Zojuist heeft het publiek met koptelefoons op een tribune gekeken naar een verstilde voorstelling aan het einde van de wereld; helemaal op de punt van Oost. Weids strekt het droogvallende wad zich voor ons uit. Rozendaal: “Juist deze locatie vond ik mooi. De spelers zijn dan klein in het grote landschap.”
Er staat een huis. Contouren van staal in de vorm van een huis zoals een kind dat zou tekenen. Een man en een vrouw gaan erin wonen. Ze komen net aan en herhalen in haast geruststellende cadans: “We zullen daar samen zijn. Alleen. Eindelijk niemand meer tussen ons. Niemand in de buurt. Samen.” De beklemming is al snel voelbaar.
Hun veilige cocon wordt doorbroken als de verkoper langskomt. De enige andere mens in de wijde omgeving. Het huis dat hij verkocht is van zijn oma geweest. Al haar spullen staan er nog en hij voelt zich zichtbaar thuis. Al snel geeft hij zijn telefoonnummer aan de vrouw. Zij was al bang dat er ooit iemand zou komen. Iemand anders. Zijn komst brengt onrust teweeg bij het nieuwe stel. Hij is jaloers en zij kan hem niet geruststellen. Even lijkt het of ze zal gaan. Maar ze keert weer.
Een groepje kijkers discussieert achteraf over de vraag waarom. Ilmer Rozendaal: “Het feit dat ze weg heeft kunnen gaan en op dat moment alles kon kiezen, is van belang. Eerder heeft het stel een soort moeten in zijn hoofd. ‘Er zal dit en er zal dat’. Daarmee voorspellen ze hun eigen toekomst en creëren ze een soort onvrijheid.” Een herkenbaar thema. Het zet de kijkers aan het denken over de manier waarop zij zelf verbindingen aangaan.
Ilmer Rozendaal neemt al twee jaar deel aan Atelier Oerol & Over het IJ, dat jonge theatermakers stimuleert in hun ontwikkeling. Deze betekenisvolle voorstelling vormt het sluitstuk. “Ik ben vorig jaar begonnen met in de winter hier naar het eiland te komen om inspiratie op te doen en workshops te volgen. Vorig jaar presenteerde ik een Opmaat van 20 minuten en nu een volledige voorstelling. Het is zo fijn om daarvoor echt zes weken te kunnen repeteren, zodat we het goed in elkaar konden zetten!”
Een mevrouw uit het publiek heeft zichtbaar genoten: “Ik heb vorige keer de Opmaat gezien en vond haar heel talentvol. Mooi om dan ook het vervolg hier te kunnen zien. Ik vond vooral de herhaling van tekst heel goed werken.” Een ander vertelt: ”Het wad op de achtergrond gaf mij wat afleiding als het me wat te lang duurde. Zo bleef ik geboeid. Want het thema en de vormgeving vond ik heel aansprekend. En die vervreemdende muziek erbij: heel goed.” De vrouw naast haar zucht: “Heel mooi hoor, maar wel lang.”
En nu? “Na Oerol gaan we meteen door naar het Over het IJ festival”, vertelt de maakster. “Daarna spelen we op festival de Karavaan en dan in september naar het Taktfestival in België. Ik heb nog geen concrete plannen voor een nieuwe productie, maar hopelijk kan ik doorgaan met het maken van teksttheater. Ik werk altijd vanuit tekst. In een zaal of buiten, dat maakt me niet uit. In de zaal maak je een eigen werkelijkheid en kun je de abstractie opzoeken. Buiten geeft de omgeving een extra dimensie.”
Een talent om te volgen de komende jaren.
Ilmer Rozendaal: Er zal iemand komen - Atelier Oerol
Locatie 63: Wierschuur