Onderwerp: WERELDMUZIEK, MUZIEK
10 Juli 2012
Carel Kraayenhof koninklijk onderscheiden na dubbelconcert
Tekst: Jorien Heemskerk
Beeld: Ronald Rijntjes
9 juli 2012, Concertgebouw Amsterdam. Die dag en plaats zullen Carel Kraayenhof waarschijnlijk nog wel even bijblijven. Niet alleen presenteerde hij tijdens een klein en een groot concert zijn twee nieuwe cd’s, aan het slot ervan werd hij bovendien koninklijk onderscheiden. Een mooie bekroning op de nu 25-jarige carrière van de man die de Argentijnse tango in Nederland op de kaart zette.
De meeste mensen zijn deze avond gekomen voor het Kraayenhof Tango Ensemble, dat als onderdeel van de Robeco Zomerconcerten de cd ¡Fuerza! presenteert. Voorafgaand hieraan spelen Kraayenhof en pianist Juan Pablo Dobal echter eerst voor een klein gezelschap een aantal nummers van hun eveneens nieuwe duo-album Puro (‘puur’).
Kracht en kwetsbaarheid
Deze titel klinkt misschien simpel, maar is zeer toepasselijk. Om te beginnen vanwege de stukken, waarvan een deel zijn oorsprong vindt in de folklore van het Argentijnse platteland. Daarnaast treedt de kenmerkende klank van de bandoneon meer op de voorgrond dan in grotere gezelschappen. Het instrument gaat ‘met de billen bloot’, aldus Emiel Barendsen, van wie Kraayenhof het eerste exemplaar van de cd ontvangt.
De melodieën klinken hierdoor rauwer en eenzamer – puurder dus. Tegelijkertijd worden ze mooi ondersteund door en afgewisseld met het vleugelspel van Dobal. Dat gebeurt zowel in snelle, complexe stukken als de milonga ‘De vuelta y media’, als in bijvoorbeeld de rustige ‘Zamba de la candelaria’ of Piazzolla’s ‘Solitude’. Kracht en kwetsbaarheid wisselen elkaar op deze manier af.
Vier seizoenen
Datzelfde gebeurt bij het Kraayenhof Tango Ensemble, maar dan met nog meer dynamiek en vervoering. De vier strijkers en de contrabas in dit gezelschap zorgen namelijk voor een warme omlijsting van vleugel en bandoneon. Aan de ene kant met gevoelige viool- en cellosolo’s, aan de andere kant doordat meeslepende en spannende passages extra worden aangezet.
In combinatie met een superstrakke timing zorgt dat onder andere voor een indrukwekkende uitvoering van Astor Piazzolla’s ‘Vier jaargetijden van Buenos Aires’. De ijle winter en zinderende zomer zijn bijna letterlijk voelbaar. Ontroerend is Kraayenhofs bolero ‘Te llevo en mi alma’, waarbij hij zelf achter de vleugel zit. Dobals chacarera ‘Cuando despierto manana’, die op Puro in duo-uitvoering te horen is, is daarentegen juist wild en uitbundig.
Koninklijke verrassing
Net als het album ¡Fuerza!, wordt het concert afgesloten met het bekende ‘Adiós nonino’. Dat heeft na al die jaren nog niets aan kracht ingeboet en is ook in deze combinatie van instrumenten erg mooi. Na dit ‘koninklijke’ nummer volgt de grote verrassing van de avond: op het podium verschijnt Harry Brinkman, burgemeester van de gemeente Beemster waar het gezin Kraayenhof woont.
De reden van zijn komst houdt Brinkman in het midden, maar hij prijst de bandoneonist om zijn inzet voor de tango, zijn doorzettingsvermogen en zijn maatschappelijke betrokkenheid. Ook zijn vrouw en manager Thirza Lourens krijgt de nodige lof voor haar rol hierbij. En dan gebeurt wat veel aanwezigen inmiddels zien aankomen: als teken van waardering wordt Kraayenhof benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.
Een grote eer, vindt hij: “Ik werk misschien hard, maar alle dingen die ik doe, doe ik heel graag. De bandoneon was voor mij een soort cadeau van de Argentijnen. Het is mooi als ik mensen daarmee gelukkig kan maken. Ik hoop dan ook nog heel veel jaren te spelen en deze muziek te kunnen delen.” Het komende jaar gaat dat in ieder geval lukken, want vanaf september toert hij met zowel Puro als ¡Fuerza! door het land.
Lees ook het interview van CultuurpodiumOnline met Carel Kraayenhof.