Onderwerp: TONEEL
10 Mei 2012
De Kleine Prins: groots gespeeld door Jeugdtheaterschool Rabarber
Tekst: Lucienne Heemskerk
Beeld: Milan Tettero
Als je ooit De Kleine Prins (Le Petit Prince) van de Franse schrijver/vliegenier Antoine de Saint-Exupéry hebt gelezen, vergeet je het nooit meer: het plaatje van de boa constrictor die een olifant heeft verslonden. En natuurlijk staan ook de andere prachtige tekeningen (door de auteur zelf gemaakt) je dan nog haarscherp voor de geest. Maar hoe ging het verhaal nu ook alweer? Nog tot en met zondag 13 mei heb je de kans om je geheugen op te frissen. Jeugdtheaterschool Rabarber heeft van dit moderne sprookje namelijk een prachtige voorstelling gemaakt. Voor kinderen (5+) én volwassenen!
Beginscène: een vliegenier crasht met zijn vliegtuig in de woestijn (stroboscooplicht en vlammen die net echt lijken: mooi gedaan). Daar ontmoet hij een kleine prins, die op een planetoïde met drie vulkaantjes woont. Hij woont daar samen met een ijdele roos, waar hij liefdevol voor zorgt.
In eerste instantie botst het tussen de prins en de piloot. De laatste heeft dorst, wil vooral weg uit de woestijn en heeft geen aandacht voor de vreemde vragen van de kleine prins, zoals: “wil je een schaap voor mij tekenen?”
De goed gecaste jonge Rabarber-acteur speelt precies zoals de kleine prins moet zijn: fantasievol, kinderlijk en naïef, maar tegelijkertijd wijs en met weinig begrip en geduld voor de domme vragen die volwassenen – in casu de vliegenier - stellen.
Als de piloot uiteindelijk een schaap tekent, is de buitenaardse prins niet tevreden. Dan tekent hij voor de prins een olifant in een boa constrictor. De piloot had dit plaatje als kind ook al eens getekend, maar de volwassenen aan wie hij het liet zien, zagen er tot zijn grote teleurstelling slechts een hoed in. Zo niet de kleine prins: die ziet meteen wat het voorstelt. Dit is het begin van een bijzondere vriendschap. Deze scène staat symbool voor de boodschap waarmee dit verhaal en deze voorstelling doordrenkt is: ‘het wezenlijke is voor de ogen onzichtbaar’.
Vreemd verhaal? Op het eerste gezicht wel. Het stuk is nogal poëtisch en filosofisch. Zelf vond ik de voorstelling prachtig en ontroerend. (Wist je trouwens dat De Saint-Exupéry zélf neerstortte met zijn vliegtuig, een jaar nadat hij De Kleine Prins schreef…? En dat de roos van de kleine prins eigenlijk de vrouw van de auteur verbeeldt?) Volwassenen begrijpen de bedoeling van het verhaal al gauw, maar kinderen van vijf of zes jaar? Ik was kennelijk niet de enige die hier wat bezorgd over was; iemand uit het publiek was hierover na afloop van de voorstelling in gesprek met een theatermedewerker. Die vertelde echter dat juist door de gelaagdheid van het verhaal ook jonge kinderen er altijd wel iets van meepikken.
Daar kan ik best in meegaan. Wat dat betreft helpt het ook dat De Kleine Prins een beeldend verhaal is: met planeten, sterren en rozen kun je artistiek gezien alle kanten uit. Verder maken de kleine prins en de vliegenier een wonderlijke reis langs allerlei planeten, waaronder de aarde, waarbij zij de meest wonderlijke figuren tegenkomen. En met vreemde figuren kan Rabarber sowieso heel goed uit de voeten: dat bewezen onder meer de voorstellingen The Neverending Story en Duimelijntje.
Allereerst zijn daar de kleurrijke, kakelende trekvogels die de prins en zijn nieuwe vriend op hun reis langs de planeten vergezellen. Elk hebben ze hun eigen karaktertje. Eentje valt steeds flauw en languit op de grond. Een snufje slapstick: altijd een schot in de roos voor een publiek dat voor het grootste gedeelte uit kinderen bestaat. Een andere vogel is loslippig en voegt aan elke zin toe: “Mag ik dat zeggen?... O, ik heb het al gezegd!”
De ijdelheid van de roos, en later die van het veldje rozen op de planeet aarde, wordt prachtig uitgebeeld. Het tongklakken van de elegante rozenmeisjes, de rozenoutfits en de waaiers: nét Spaanse flamencodanseressen.
En dan de vreemde figuren die elk hun eigen planeet bewonen: stuk voor stuk zijn het volwassenen die zichzelf belachelijk maken door de nutteloosheid van hun werk. Goed en overtuigend geacteerd, want zelfs de kleinsten in het publiek zien wel de zinloosheid in van de ijdeltuit die in haar eentje op een planeet mooi zit te wezen, de dronkenlap die drinkt om te vergeten dat hij zich schaamt voor het feit dat hij drinkt en de zakenman die hele dagen bezig is met het tellen van sterren en met de berekeningen niet méér doet dan ze in een laatje stoppen. Leuk gevonden trouwens: de spiegel van de ijdeltuit wordt, als je hem omkeert, de drankfles van de dronkenlap!
Als de aandacht bij de kleinsten toch even dreigt te verslappen, dan zorgen de dansers die de acteurs omringen ervoor dat het ook voor hen steeds boeiend blijft om naar te kijken.
Hoe het afloopt, verklap ik uiteraard niet. De Kleine Prins wordt nog gespeeld tot en met zondag 13 mei in Theater Merlijn, Bilderdijkstraat 35 in Den Haag.