Onderwerp: POP-ROCK
10 Juni 2010
The Highlands Church of Love
Door Giel van der Hoeven, foto's Arjan Vermeer (klik voor vergroting)
Sinds vorig jaar zijn we in de lage landen weer een blues festival rijker: het Highlands Festival, een initiatief van een vriendenclub uit Amersfoort. Een muziekfeest in het leven geroepen voor fans van de blues in al zijn verschijningsvormen en aanverwante muziekstijlen. Naar verluid vielen de bezoekersaantallen vorig jaar ondanks het zomerse weer en de prima organisatie behoorlijk tegen. Maar wellicht kwam dit ook wel dankzij de fikse toegangsprijs en een minder aansprekende programmering. Dat blijven altijd lastig meetbare aspecten. Feit was dat het concept stond als een huis (kerk) en dat de bezoekers unaniem tevreden waren over het geboden aanbod en de algehele sfeer. Vandaar dat er in 2010 gelukkig gewoon een 2e editie kwam met wat kleine aanpassingen en zonder geldverslindende headliners.
Bas Paardekooper is alweer een tijdje on tour met zijn eigen Blew Crue en met de Amerikaanse gitarist Eric Steckel. Dit jaar is dit gezelschap ongemerkt eigenlijk niet meer weg te denken op de gerenommeerde bluesfestivals in de lage landen. Door het vele spelen zal de jonge Nederlandse bluesgitarist en zanger alleen maar beter worden en kan de band in gezelschap van Steckel zich steeds meer ontwikkelen om in de toekomst wellicht ook internationaal door te kunnen breken. Omdat Bas ook een talentvol songwriter is verwachten we veel van de opvolger van hun debuut cd ‘The Blues On My Side’, waar we echter nog wel even op moeten wachten. Ondertussen mag de Blew Crue & Co tot ons genoegen nog lang het bluescircuit onveilig blijven maken.
Hetzelfde geldt eigenlijk voor het nog jongere power-trio DeWolff uit Limburg. Deze band maakt stormachtige ontwikkelingen door en de drie tieners gedragen zich, kleden zich en spelen alsof het volwassen doorgewinterde ouwe rotten zijn. Invloeden van Cream, Led Zeppelin en, met name door het Hammondorgel geluid Deep Purple, zijn terug te horen in hun eigen frisse sound. Door de beperkte instrumentatie van de DeWolff met slechts gitaar, orgel en drums (zonder basgitarist) en de soms lang uitgesponnen nummers bestaat wel het gevaar dat het geluid op den duur veel van hetzelfde is en gaat vervelen. Maar de angry young men van de bluesrock geven zich live 100% en gaan waarschijnlijk een gouden toekomst tegemoet. Mits ze songs van het kaliber ‘Crystal Mind’ en ‘Fishing Night At Noon’ met volle overtuiging kunnen blijven schrijven en spelen. En als de broertjes Van de Poel en hun makker Robin Piso professioneel begeleid blijven worden en met deze frequentie kunnen blijven spelen zal ook DeWolff een internationale doorbraak niets in de weg staan. Voor de nodige variatie in de Highlands programmering een prima keuze, al hadden veel bezoekers de band toch liever in de vooravond zien spelen.
Ex-Roomful of Blues frontman Sugar Ray Norcia heeft een reputatie als onder meer begeleider van Otis Rush, Big Joe Turner en zijn held Big Walter Horton. De harmonica blues is zijn specialiteit, hij is tevens begenadigd blueszanger en van een beetje show is hij ook niet vies. Ook heeft hij oog voor kwaliteit en jong talent want ergens onderweg in Boston pikte hij het wonderkind Mike Welch (nu 29) op die al vanaf zijn elfde jaar bluesmuziek speelt en met blues legendes als Junior Wells, Hubert Sumlin, Johnny Winter en Dan Aykroyd (The Blues Brothers) had samen gespeeld. Het fenomenale gitaarwerk van Mike en de harmonica van Sugar Ray vormen nu de onmiskenbare eigen sound van Sugar Ray & The Bluetones featuring Monster Mike Welch. De vocalen van Sugar Ray doen een beetje denken aan de stem van de legendarische Bobby Bland en de Chicago Swampblues waaide als een frisse wind over de zonnige Highlands terassen die inmiddels behoorlijk vol zaten met liefhebbers die het gebeuren liever van een afstandje bekeken. Feelin’ Blue onder een strakke blauwe hemel en een priemende zon.
Cuby & the Blizzards behoefd natuurlijk geen introductie meer. Je weet wat je krijgt en toch verlang je er steeds weer naar. Dat de band na meer dan 40 jaar nog steeds razend populair is onder de Nederlandse blues liefhebbers blijkt wel uit het feit dat de vorig jaar uitgebrachte cd ‘Cat’s Lost’ binnen een mum van tijd de gouden status bereikte. Zanger Harry Muskee hoopt volgend jaar 70 jaar te worden en is in al die jaren gewoon zichzelf gebleven. Hondstrouw aan de blues en uiterlijk vertoon interesseert hem geen biet. Ondanks de tropische temperaturen in Amersfoort kwam de Drent doodleuk in een warme spencer en zijn onafscheidelijke baseball cap en blikje bier het podium opgewandeld. Maar Cuby blijft je na al die jaren steeds weer kippenvel bezorgen, of dat emotie is sentiment of een combinatie van beide, daar wil ik vanaf wezen. De Blizzards met oudgedienden Herman Deinum (bas), Hans La Faille (drums), Helmig van der Vegt (piano, keyboard) en Erwin Java (gitaar) staan gewoon garant voor een stevig portie Nederblues. De driekoppige blazers sectie met trompet, schuiftrompet en saxofoon waren een welkome aanvulling en gaven extra swing aan de opgepoetste klassiekers en de nieuwe songs als ‘Low Country Blues’. Het optreden was weer een feest der herkenning en werd afgesloten met het onvermijdelijke ‘Appleknockers Flophouse’.
De naam “Jimmie Vaughan” zal negen van de tien keer in één zin genoemd worden met de naam “Stevie Ray Vaughan". Dat is nu eenmaal het lot van oudere broer Jimmie die bij geboorte één voornaam minder van zijn ouders kreeg en van de lieve Heer iets minder talent meekreeg dan zijn triest verongelukte broertje Stevie Ray. Toch is de staat van dienst van Jimmie Vaughan ook zeer aanzienlijk, want wie kan er nu zeggen dat hij ooit in het voorprogramma van Jimi Hendrix heeft gespeeld en apparatuur met de grootmeester heeft uitgewisseld? En als frontman van de Fabulous Thunderbirds toerde Jimmie o.a. met de Rolling Stones en Eric Clapton. Tegenwoordig trekt hij als Jimmie Vaughan and the Tilt-a-Whirl Band featuring Lou Ann Barton de wereld rond en omdat het gezelschap toch in Engeland was wist de Highlands organisatie ze maar mooi te strikken voor het enige optreden in Nederland. De Tilt-a-Whirl Band is meer dan een Texas-bluesband alleen, invloeden van rock ’n roll, soul en rockabilly zijn ook terug te horen in hun muziek. De roadhouse blues zangeres Lou Ann Barton konden we nog van de Triple Threat Revue en natuurlijk van (ja hoor daar is ‘ie weer) Stevie Ray Vaughan’s band Double Trouble. Verder viel het bonte gezelschap op door de beide saxofonisten Kas Kasanoff en Greg Piccolo, waarvan de laatste in één nummer ook de solo vocalen voor zijn rekening nam. Maar het was vooral Jimmie zelf die in zijn zwarte outfit met zijn witte Fender de show stal. Zelfs bekende muzikanten stonden zich in het publiek aan zijn kunsten te vergapen. Want spelen kan die en ja, het blijft toch de broer van…
Van The Rockin’ Johnny Band wisten we dat ze Chicago Blues speelde, maar dat was het wel zo’n beetje. Een mooie gelegenheid dus om ze hier op het Highlands Festival te bewonderen en te beoordelen. Gitarist Johnny Burgin komt uit South Carolina en vertrok op jonge leeftijd naar Chicago om daar te studeren. De bijnaam “Rockin’ Johnny” kreeg hij als DJ bij het plaatselijke radio station WHPK. Door veel te spelen in Chicago ghetto clubs met verschillende oude sessiemuzikanten wist hij veel ervaring op te doen met een platencontract en nog meer bekendheid als gevolg. The Rockin’ Johnny Band speelt dus old style Chicago Blues op een moderne manier, maar hun avontuurlijke repertoire bevat ook uitstapjes naar funk, rock, en swing. Johnny ziet er door zijn haardracht en bril wat studentikoos uit maar zijn gitaarstijl doet denken aan een jonge Buddy Guy. Wat trouwens opvallend was aan deze editie van Highlands is dat er weinig donkere mensen op zowel het podium als wel in het publiek aanwezig waren. Terwijl de grondleggers van deze muziekstijl toch de zwarte Amerikanen waren. In ieder geval is de Rockin’ Johnny Band schatplichtig en trouw aan hun grondleggers want het optreden was origineel en toch eigentijds. Dit mede door de inbreng van slaggitarist Rick Kreher (ex Muddy Waters), bassist John Sefner (ex John and Eddie Kirkland) en drummer Rob Lorenz (ex Little Mack Simmons). Het was een mooie opmaat voor de twee afsluitende acts die het hoogtepunt van het festival zouden vormen.
Even voor negen uur kwam de living dream van zo’n beetje iedere man die op dat moment op Hoogland in Amersfoort aanwezig was het terrein opgereden: een prachtige blonde vrouw in een mooie klassieke auto*. De Highlands organisatie had bedacht om Dana Fuchs in een rood-witte corvette op te laten komen. Eendachtig haar performance; flitsende rock en blues in klassieke uitvoering. Sinds haar rol van Sadie in de film ‘Across the Universe’ (2007) en met name haar uitvoering van de song ‘Helter Skelter’ hierin, is Dana Fuchs een rijzende ster in serieus muziekland. Ondertussen heeft de Amerikaanse zangeres, songwriter en actrice een aardige reputatie opgebouwd met een overvolle agenda als gevolg. In select gezelschap had de Dana Fuchs Band al eerder naam gemaakt met het uitbrengen van de cd ‘Lonely for a Lifetime’ (2003) en met de vele live optredens in voornamelijk het Amerikaanse clubcircuit. Ook het spelen van interpretaties van Janis Joplin songs in BB King’s Blues Club in New York City door Dana baarde veel opzien. Onderhand ligt ook Europa aan haar voeten en het wachten is op - na tussendoor ook nog de cd ‘Live in NYC’ (2008) uitgebracht te hebben - een volgende studio cd die haar grote doorbraak hier moet gaan bewerkstelligen. De nieuwe plaat schijnt al langere tijd geleden opgenomen en gemixt te zijn, maar er is besloten de release uit te stellen tot dit najaar omdat Dana in de tussentijd alweer veel nieuw materiaal had geschreven wat ze ook graag op de plaat ziet verschijnen. Onlangs hebben Dana en haar steun en toeverlaat gitarist/songwriter Jon Diamond de laatste hand hier aan gelegd. Tijdens dit optreden werd daarentegen toch nog steeds de nadruk gelegd op de bekende (cover)songs. Zoals onder meer Misery, Almost Home, I’d Rather Go Blind, Helter Skelter, Goin’ Down en Whole Lotta Love (een flard). Wat natuurlijk wel garant staat voor een portie stevige rock en dampende blues. Maar ook powerful soul en gospel repertoire want Bible Baby Fuchs heeft een missie in deze ‘Church of Love Tour’. “Because every night me and the band baptize, and get baptized back, by the audience!” Dat klinkt misschien erg gewichtig allemaal, maar deze semi-religieuze teksten worden wel gebracht in een licht erotische sfeer. De energieke welhaast hyperactieve Dana zingt haar songs zodanig dat het je tot in de diepste vezels raakt. Dana geeft je als toehoorder het idee dat ze daar speciaal voor jou alleen staat te zingen en ondertussen ook nog eens met je flirt. Wulps krult haar lichaam in allerlei posities over het podium waarbij haar weelderig krullende haardos regelmatig zwoel wordt losgegooid. Eerbiedig gaat ze op de knieën voor bassist Walter ‘Dutch Warrior’ Latuperissa als hij een funky bas-solo geeft. Deze Nederlandse bassist én de multifunctionele drummer Carter ‘Bonham’ McClean weten samen een solide basis te leggen voor de scheurende solopartijen van gitarist Jon Diamond en de vocalen en de bezweringen van Dana zelf. Voor sommige bezoekers zijn die preken tussendoor - zoals we dat bijvoorbeeld ook van Bruce Springsteen kennen - overbodig en onnodig, maar lady preacher Fuchs heeft ons wel degelijk een zinnige boodschap te brengen: “we are in a church of love, joy and peace, hallelujah you’re alive!” Waarmee het baptistenkerkje op het Highlands terrein gelijk symbool stond voor deze gezamenlijke Hoogland bijeenkomst. Dana’s zangvocalen zijn soms hysterisch à la Robert Plant en klinken dan weer super gevoelig zoals bijvoorbeeld in haar ballads en de mooie tribute aan haar overleden oudere zus en soul-sister Donna ‘Songbird’ (Fly Me to Sleep). Maar steeds weer dat rauwe en bijtende stemgeluid dat - het moet gezegd - niet altijd even loepzuiver klinkt. Geeft niks want ze weet wél steeds de stemplooien in trilling te brengen met een bevlogenheid die zijn weerga niet kent. Daarom kan de zangeres die voor de Nederlandse fans toch een speciaal plekje in haar hart heeft, met een gerust hart worden toegevoegd aan het rijtje legendarische vrouwelijke bluesrockers die haar voorgingen. Blues with a bite indeed! “Dankjefuckingwel!”
[* Dana Fuchs makes a classy entrance at Highlands Amersfoort NL - YouTube movie by BluesMoose]
Evenals Harry Muskee is de in New Jersey geboren gitaarheld Walter Trout niet meer weg te denken uit de live blues scene. En als je eenmaal John Mayall als werkgever op je CV hebt staan wordt je pas echt serieus genomen in de blues wereld. Canned Heat, John Lee Hooker, Big Mama Thornton, Bruce Springsteen en Aynsley Lister zijn zo wat andere namen waar hij ook mee samen speelde voordat hij in 1989 zijn eigen Walter Trout Band oprichtte om vervolgens heel veel kroegen, clubs, zalen en festivals plat te spelen. Trout heeft inmiddels tientallen albums op zijn naam staan en de track ‘Say Goodbye To The Blues’ werd in 2008 door luisteraars van Arrow Classic Rock uitgeroepen tot het beste bluesnummer aller tijden (maar daar zijn de meningen over verdeeld). In Amersfoort beklom zo’n 500 kg aan bluesrock geweld het podium want qua lichamelijke omvang had het kwartet de tand des tijds prima doorstaan. Gelukkig lagen Walter Trout (gitaar en zang), Rick Knapp (bas), Michael Leasure (drums) en Sammy Avila (keyboards) muzikaal ook weer voldoende gewicht in de schaal. Het blijft steeds weer bewonderenswaardig hoe Trout een breed scala aan geluiden uit zijn ouderwetse door de rook aangeslagen ‘73 Fender Strat weet te toveren, van viool geluidjes tot delicate blues riffs en licks. De Engelse zanger Andrew Elt van de Nederlandse metalband Sleeze Beez mocht ook nog even als gast vocalist komen opdraven. En inclusief de toegift was het programma keurig op tijd en volgens schema afgelopen zodat de gewone burger in Hoogland ook weer rustig kon gaan slapen. Regelmatig gehoord bezwaar over de Walter Trout Band is dat men vind dat er technisch en voor wat betreft arbeidsinzet niets aan mankeert maar dat de emotie nog wel eens ontbreekt. Trout zelf gaf daar eerder in een interview al antwoord op: “Not everybody has to like the same thing. I’m not trying to please everyone; I’m just trying to create an honest work of art. If you like it I’m very pleased.”
Het Highlands festival is qua organisatie en sfeer na deze tweede editie wat ons betreft een blijvertje al zal het bezoekersaantal dus nog wel toe moeten nemen. Een meer aansprekende headliner zou hieraan toch kunnen bijdragen. Jammer ook dat bepaalde live acts (Ian Parker en Sy-ren) uitsluitend waren voorbestemd voor de VIP-gasten. De podium lichtshow was origineel en mooi maar bleek na het invallen van de duisternis zo overdadig te zijn dat de muzikanten (waar het toch hoofdzakelijk om draait!) erin weg vielen. Ook een videowall achter de geluidstoren voor de terras bezoekers zou geen kwaad kunnen. Verder niets dan lof over dit festival waar je naast lekkere muziek ook smakelijk kon eten en drinken, en van theater en kunst kon genieten in een fijne sfeer en een riante omgeving. Op naar de 3e editie van Highlands in 2011.