Onderwerp: MUZIEK, WERELDMUZIEK
4 December 2006
Susie Ibarra’s Electric Kulintang
Tekst en beeld van Ton Maas (klik voor vergroting)
Gezien op 18 november, Rasa, Utrecht
Zelfs binnen het domein van de dance bestaan afwisselender stijlen dan ethno en trance. Zolang de live-uitvoering plaatsvindt voor een dansend publiek, is er weinig aan de hand, maar in een concertzaal vormt het repetitieve karakter van de muziek al snel een probleem, zeker als je bovendien afziet van videoprojecties en ander visueel spektakel. Dat Susie Ibarra en haar compaan Roberto Rodriguez zaterdagavond in het Utrechtse Rasa toch een uur lang hun publiek wisten te boeien, zegt iets over de kwaliteit van hun werk.
De van oorsprong Filippijnse Ibarra maakte in haar nieuwe vaderland de V.S. furore als percussionist “ vooral in de hoek van de New Yorkse avant garde, waar ze samenwerkte met mensen als John Zorn en Derek Bailey. Op uitnodiging van het Utrechtse Rumor festival kwam ze naar Nederland met haar Electric Kulintang project, waarmee ze zich juist verdiept in haar eigen muzikale achtergrond.
Kulintang is zowel de naam voor een instrument (een set van acht gongs) als voor de muziek die erop wordt gespeeld. De verwantschap met de Indonesische gamelan wordt nog eens onderstreept door het feit dat op Sulawesi en de Molukken precies dezelfde benaming wordt gebezigd.
Voor wie nieuwsgierig was naar Filippijnse traditionele muziek “ nog altijd een grote onbekende op de Westerse wereldmuziekpodia “ bood de voorstelling op het eerste gehoor maar weinig aanknopingspunten. Daarvoor speelden typisch Westerse drum ‘n’ bass-motieven en samples een te dominante rol. Het instrumentarium bestond naast kulintang en een traditionele houten xylofoon bovendien vooral uit keyboard, drumkit en een tweetal laptops. Iets van de weemoedige lyriek van de kulintang kwam evenwel tot uitdrukking in het stuk Bangka, een woordloos gezongen ode aan de veerboten die de Filippijnse eilanden met elkaar verbinden. Loom uitwaaierende pianoakkoorden leken de trage zeegang te verbeelden.
Het interessantste stuk werd voor het laatst bewaard. Met gesampelde straatgeluiden als vertrekpunt speelde Ibarra een solo op de kulintang, waarbij de toonhoogte en de klank van de gongs op subtiele wijze elektronisch werden verdraaid en verbogen. Een fraaie metafoor voor de terugblik op de traditie vanuit de moderne wereld.