Onderwerp: POP-ROCK, MUZIEK
3 Oktober 2006
Carleen Anderson in de Melkweg
Door Liesbeth Beeftink
Amsterdam is hip. Dat moge duidelijk zijn. Bij de Melkweg laten ze het je direct weten bij ontvangst. Een dramatisch scheef kapsel kijkt langs me heen als ik mijn jas afgeef. Bij de kassa alweer iemand die zucht onder haar hippe lot. Ik krijg een snauw als ik mijn kaartje niet snel genoeg meeneem. Leuker kan de avond niet beginnen. Eens zien of de artiest van vanavond zelf ook aan sterallures lijdt. Niets blijkt minder waar. Carleen Anderson heeft geen 'attitude', maar een leuk en open gezicht. Haar frêle gestalte lijkt kwetsbaar. Maar op de meest recente cd Soul Providence bewees ze gewapend te zijn met een stem die het hele register bereikt en alle vormen kan aannemen. Haar band bestaat uit een toetsenist, gitarist, bassist, drummer, saxofonist en achtergrondzangeres. De meesten zijn wit. Wat ze maken is witte muziek.
We horen arrangementen en beats van de school van Incognito en Brand New Heavies. Een of twee nummers zijn zeker lekker, daarna begint de rechtheid en voorspelbaarheid van die muziek te vervelen. Je voelt de bridge al mijlenver aankomen, je weet hoe lang de saxofoon soleert en je kijkt er niet van op als er nog een modulatie tegenaan gegooid wordt.
Carleen Anderson maakt veel goed. Vooral als ze laag zingt zuigt ze het publiek op. Dan is Carleen's stem donkerbruin en soulful. Hier staat de dochter van Vicky Anderson die datzelfde in de seventies deed in de band van James Brown. Met het fenomenale In the land of milk and honey van moeder Anderson in mijn achterhoofd, luister ik naar de set. De moderne soulsound die Carleen creëert, heeft daar wel wat van weg maar niet genoeg naar mijn smaak. Ik stel me voor dat de dochter niet wil lijken op de beroemde moeder en hard probeert met iets volslagen nieuws te komen. Niet voor niets vertrok ze naar Groot -Brittanië om er samen te werken met o.a. Incognito. De zoektocht naar een eigen geluid resulteert in de zang in overdaad. Vele bochten en krullen in haast iedere frase die standaard laag begint om twee octaven hoger te eindigen. De zang is zo druk dat de technische kunstjes op den duur geen indruk meer maken. Dat is jammer, want wat ze doet is mooi en knap maar een overdosis. Hoe meer drukte, hoe minder intens de performance. Carleen Anderson heeft een geweldig talent, maar moet haar kwaliteiten beter leren gebruiken. Ook zou het niet verkeerd zijn om met een betere band te gaan samenwerken die spannender muziek maakt. Misschien toch weer eens een plaat van moeder draaien ter inspiratie? Op een andere manier wordt de show op een gegeven moment toch behoorlijk intens. Carleen bedankt een reeks beroemde vrouwen met jongere mannen als wegbereiders voor haar persoonlijke geluk (Madonna, Demi Moore, Tina Turner en Joan Collins doen het met jong). Dan zet ze a capella de klassieker Mad about a boy en kijkt veelbetekenend naar links waar een glunderende saxofonist staat. Zo verliefd als Julian Nickels naar Carleen Anderson kijkt is zelden vertoond. Alle daaropvolgende love-songs krijgen betekenis voor de luisteraar nu je weet hoe de verhoudingen op het podium liggen. Bij de toegift Don't look back in anger van Oasis, zet Anderson zich aan de Rhodes en begeleidt ze zichzelf op een sobere manier. We krijgen nog even te horen wat deze vrouw in haar eentje het beste doet; dit is doorleefde soul eerste klas.