These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
24 01 06 - 23:47
De schoonheid van pijn: Bettye Lavette
Door Erik Driessen (klik afbeelding voor vergroting)
"Ache has never sounded so funky", zegt Bonnie Raitt over
I've Got my Own Hell to Raise van Bettye LaVette. De wat verlopen souldiva zoekt het inderdaad in de schoonheid van pijn. Lijden om er mooier uit te komen. Dat doet ze niet met dampende soul, maar met krakende country en vleugjes blues. Geheel volgens het protocol waarmee eerder Solomon Burke een allesverwoestende comeback beleefde. Niet voor niks produceerde Joe Henry beide platen.
LaVette (geboren eind jaren veertig, hoogtijdagen in de jaren zestig) schreeuwt het tien songs lang uit. Ze lijdt zo erg dat het soms niet prettig is om naar te luisteren, want haar bijtijds indrukwekkende stem gebruikt ze weinig gedoseerd. Continue trekt ze de tranen uit de gepijnigde ogen. Alsof ze al het leed van de tien vrouwen die de liedjes op het album schreven, op zich wil nemen. Of het nou van Sinead ó Connor, Fiona Apple, Aimee Mann of Dolly Parton is. Ze mochten uithuilen bij tante Bettye en die gromt, snauwt en jankt alle ellende er ten overstaan van de hele wereld uit.
Hoogtepunt is het prachtig breekbare The High Road van de onbekende Sharon Robinson, dat klinkt als een laatste pianoballad vlak voor sluitingstijd in een kroeg waar de whiskey gretig aftrek vond. Dronkelappen luisteren met tranen in hun ogen naar LaVette en bedenken smoezen die ze straks tegen hun vrouwen kunnen vertellen. LaVette heeft het ook niet makkelijk. Die moet immers haar eigen hel door.
Of alle krakende schoonheid voldoende is om in het kielzog van dominee Burke aan een tweede carriere te beginnen, valt te bezien. Daarvoor zijn de gekozen nummers vermoedelijk niet toegankelijk genoeg. En de pijn is te erg. Liefhebbers van zelfkastijding zitten echter goed bij Bettye LaVette. Pijnlijker dan I've Got my Own Hell vind je ze niet.
Geïnteresseerd in deze CD?
I've Got My Own Hell To..
Betty Lavette
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
22 01 06 - 09:03
Loungen met Gare du Nord in de Boerderij
Door Serge Julien met foto's van Martin Bols (klik voor vergroting)
Het is 20.45 als vijf in zwart geklede mannen het podium van
de Boerderij in Zoetermeer betreden en zich achter hun instrumenten opstellen: Gare du Nord. Het muzikale project van de charismatische Doc (gitaar en zang) en meer casual ogende Inca (keyboard en zang). De muziek kan gecategoriseerd worden onder lounge maar weeft daar op interessante wijze elementen uit jazz, blues en disco in. Recentelijk is de derde CD Club Gare du Nord uitgekomen. Onder de noemer The Gare du Nord Underground Station 2006 Tour verzorgt de groep een aantal cluboptredens. Een voor de helft gevulde Boerderij in Zoetermeer is de tweede stop tijdens de tour. De show begint met How Was It For You van de succesvolle debuut CD In Search Of Excell Lounge. Een heerlijk loomwiegend nummer gevolgd door een nieuw nummer. Het net zo lekkere Sold My Soul To The Devil van de tweede CD Kind of Cool heeft zo’n lekker refrein dat het snel blijft hangen. De inspiratie voor dit nummer deed Inca op tijdens het beluisteren van een radio show van soulman Isaac Hayes waar Margot Timmings van The Cowboy Junkies het nummer Me And The Devil van blues legende Robert Johnson ten gehore bracht. Doc had inmiddels een melodie klaarliggen en een aanstekelijke song was geboren. Diezelfde Robert Johnson is ook de inspiratiebron voor het hoogtepunt van de avond, het prachtige Pablo’s Blues wat vooraf wordt gegaan door een lange anekdote van Inca over de dobro waarop Doc het nummer begeleidt en de legende van Robert Johnson. De gesamplede stem van laatstgenoemde opent ook het nummer. Een trucje dat Gare du Nord gebruikt in meerdere nummers door geluiden en ritmes op die manier toe te voegen.
De avond is een prima afwisseling van nummers van de drie CD’s maar hoewel op de muziek en live uitvoering niks valt af te dingen blijkt toch op een gegeven moment dat deze muziek zich niet altijd even goed leent voor een volledige concertuitvoering. De nummers, hoe lekker ook, kabbelen soms wat voort wat opzich niet zo raar is met lounge. Daar kunnen de cool ogende en uitstekend spelende heren en stijlvolle podium aankleding weinig aan doen. Pas tegen het einde van de anderhalf uur durende show gooit Gare du Nord er twee uptempo nummers in te weten het groovende frans-disco getinte Disco-Tek (Boogie All Night Long) en het van de nieuwe CD afkomstige Go Back, Jack! In dit laatste nummer is op creatieve wijze het refrein van de Steely Dan hit Do It Again geweven.
Gare du Nord weet de studioversies uitstekend uit te voeren op het podium maar voor een concertuitvoering blijft de uitstraling wat achter. Deze muziek hoor ik gewoon liever op CD en dan fantaseer ik daar zelf wel beelden bij. Blijft buiten kijf: Gare du Nord is kind of cool!
Geïnteresseerd in de CD?
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: WERELDMUZIEK, POP-ROCK, MUZIEK, JAZZ
17 01 06 - 15:25
Zuco 103 laat Beauforthuis op zijn grondvesten schudden!
Door Marina den Hartog met foto’s van Ellen van Geel, genomen tijdens Lowlands 2005 (klik de fotos voor vergroting).
Zondag 15 januari stroomt het
Beauforthuis in Austerlitz aan het einde van de middag snel vol. De zaal heeft vandaag alleen staplaatsen en ademt de sfeer van een feestje voor intimi. Er is een buffet waar soep en tapas gekocht kunnen worden. Hier gaat zo meteen om 17.30 uur een swingend optreden plaatsvinden van de succesvolle formatie Zuco 103 die intussen op talrijke podia in binnenland en buitenland heeft gestaan, waaronder recentelijk Japan.
De muziek van Zuco 103 laat zich niet gemakkelijk in vakjes stoppen. Volgens de programmakrant van het Beauforthuis is het een mix van Braziliaanse samba, een beetje dub, jazz, dance, Afro-Cubaans, Ethiopisch en West-Afrikaans en veel elektronische elementen. Zuco geeft deze maand een aantal akoestische concerten onder de naam Zuco 103 Acústico. Op 4 januari, gaf de groep een fantastisch concert in het nieuwe Bimhuis in Amsterdam (zie
recensie elders op deze site).
Wie bij akoestisch denkt aan een kleine bezetting heeft het mis. Behalve
zangeres Lilian Vieira, Stefan Kruger op drums en Stefan Schmid op toetsen “ de vaste samenstelling van Zuco 103 “ staan vanavond ook percussionist Claus Tofft (percussie), Lesley K ¼hr (basgitaar), Alvin Lewis (gitaar) en Jasper Blom (saxofoon en klarinet) op het krappe podium van het uitverkochte Beauforthuis.
Het concert is zeer de moeite waard hoewel de geluidskwaliteit “ om een mij onbekende reden - niet haalt bij die in het Bimhuis eerder deze maand. Het Beauforthuis is een leuke locatie, maar eigenlijk niet zo geschikt voor een groep van deze omvang. Daarom is het des te charmanter dat Zuco 103 t ²ch geprogrammeerd staat, iedereen een beetje ‘inschikt’ en de musici er ook graag spelen. Volgens de aankondiging gaat het om een kroegconcert en dat is te merken. Tijdens rustige nummers praat het publiek hinderlijk door.
Na de pauze neemt het dansgehalte van de nummers toe en komt de zaal goed los. Direct voor het podium is een behoorlijk aantal mensen aan het dansen. De sfeer zit er goed in. Een deel van het publiek is intussen zo enthousiast dat het zelfs blijft klappen wanneer dat helemaal niet de bedoeling is, zoals bij een fraai duet tussen saxofonist Jasper Blom en toetsenist Stefan Schmid. Jammer, maar een kroegconcert is nou eenmaal geen concertzaal. Zuco 103 was wederom geweldig, maar is eigenlijk te ‘groot’ voor een klein podium.
• Website:
Zuco 103
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
17 01 06 - 10:10
Emergenza Festival 3 - The Batcave 013
Door Floris de Moel met foto's van Ellen van Geel (klik op foto's voor vergroting)
Emergenza is de grootste internationale concertorganisator voor ongetekende bands. Zaterdag 14 januari 2006 was de laatste van vier voorrondes in the Batcave van het Tilburgse
013 voor deze maand. Ook deze avond weer een afmelding want Wastelands heeft afgezegd. Dus er resteren, net als de dag ervoor, zeven bands die strijden om de vier plaatsen in de volgende ronde. Wat meteen opvalt is dat het een stuk drukker is dan de voorgaande dagen, het voordeel van een zaterdag?
A59
De eerste band
A59 (2e fotoserie links) komt uit Vlijmen. Ze spelen vrolijke, aanstekelijke popmuziek. Aangename rustige nummers met een mooie melodielijn en een duidelijke kop en staart. Zangeres Anne heeft een heldere stem, die vooral bij de rustige nummers het best tot zijn recht komt. Geen van vieren zijn het uitstekende muzikanten, maar hier geldt vooral dat het product meer is dan de som van de afzonderlijke delen. Duidelijk is dat ze plezier hebben en dat dit voorop staat.
Jam
Jam, een viermansformatie uit Oosterhout, speelt rock/alt-rock. De zelfgeschreven nummers zijn simpele rocknummers en missen overtuigingskracht. Zanger Jeroen begint met een wat valse start maar weet zichzelf na één nummer goed te herstellen. Helaas zit er weinig variatie in zijn stem en neigt zijn podiumpresentatie naar het irritante. Ook gitarist Martien en bassist Boudewijn kunnen het totaalbeeld niet opkrikken. Breaks lopen niet lekker en het geheel komt wat rommelig over, kortom een magere prestatie van deze mannen uit Oosterhout.
Marooned
Zij wisten echter wel direct te overtuigen,
Marooned (tweede fotoserie rechts). Met hun stevige, pakkende rocknummers vulde deze viermansformatie uit Oss de Batcave met een muur van geluid. Peter van Leeuwen wist, ook hij na een valse start, met zijn rockstem wel de zaal te blijven boeien. Met momenten heeft zijn stem zelfs iets weg van Eddie Vedder, maar dan iets zwaarder. De rest van de band, Armand Thijsen op gitaar, Richard Jansen op bas en Edwin van Lieshout achter de drums, vormen duidelijk een eenheid. Ook deze band heeft er duidelijk plezier in, een fijne presentatie en het optreden verveelt geen moment.
The Value of Confession
Deze jonge jongens, tussen de 14 en 19 jaar oud, uit Oldenzaal speelde vlotte emo-rock. De zelfgeschreven nummers van
The Value of Confession (2e fotoserie midden) waren goed qua opbouw maar technisch te hoog gegrepen. Het geheel kwam wat rommelig over, maar laat deze jongens nog een tijdje oefenen en ze gaan het helemaal maken. Zelf was ik erg onder de indruk van de jongste van het stel, Jascha Jochem achter het drumstel. Ondanks zijn leeftijd en zijn kleine verschijning wist hij als een beest te drummen. Het totaalbeeld is aangenaam en heeft een hoge aaibaarheidsfactor.
Erazer
Het was duidelijk te horen waar de Eindhovense heavy-metal band
Erazer (1e fotoserie midden) de inspiratie vandaan heeft gehaald. De nummers waren allen doordrenkt met een sausje Iron Maiden. De vier mannen en hun frontvrouw speelde technisch goed, strak in het ritme en een muur van geluid, maar het kon de zaal niet mee krijgen. De muziek is achterhaald, had niets vernieuwend en had zo van een metal-album uit de jaren 80 kunnen komen. Zangeres Angelique de Jager wist hier met haar bijdrage ook niets aan te veranderen. Niks geen lieve, zachte, vrouwelijke vocal maar een zware metal-stem waar menig zanger jaloers op kan zijn. Dit werkte eerder in het nadeel, dan in het voordeel van Erazer.
Blind Trash
De verrassing van de avond kwam voor mij van
Blind Trash (1e fotoserie rechts). Deze vijf man sterke band uit Tilburg speelt nu-metal met een geheel eigen geluid in de traditie van bands als Deftones, Life of Agony en System of a Down. Frontman Roelof de Brouwer weet met zijn presentatie de aandacht vanaf de eerste tonen op zich te vestigen. Het publiek deinst letterlijk voor hem achteruit. Hij wisselt zijn rustige emotionele vocal af met een indrukwekkend geschreeuw. Hierbij loopt en springt hij over het podium op en neer en versterkt hij met zijn mimiek en houding het geschreeuw, het moet letterlijk uit zijn tenen komen. De band staat als een huis met strakke vette rifs, allen ter ondersteuning van de frontman. Voor mij de winnaar van de avond.
2NFRO
Als laatste band voor deze avond de uit Eindhoven en Tilburg afkomstige
2NFRO (1e fotoserie links). Duidelijk is dat deze zes man sterke band al meer podiumervaring heeft. De twee frontvrouwen komen natuurlijk en relaxed over en ook de andere bandleden zijn zichtbaar thuis on stage. De band speelt reggae doorspekt met hiphop, soul, rock en jazz. Ook zijn bij één nummer duidelijk Turkse invloeden te horen. Kortom: wereldmuziek en niet verwonderlijk dat ze afgelopen jaar ook al op Festival Mundial gespeeld hebben.
Na het tellen van de stemmen van 2NFRO, dit duurde even want ze hadden zowat heel de zaal mee, kwam de uitslag. Op de zevende plaats is geëindigd Erazer, gevolgd op zes door Blind Trash, ik had hen graag in de halve finales gezien, helaas. De vijfde plaats dus ook niet door, The Value of Confession. In de halve finale van 5 tot en met 9 april zien we wel terug, op de vierde plaats Jam, de derde plaats is voor Marooned, op twee A59 en niet verrassend op één, 2NFRO. Volgende maand weer nieuwe voorrondes, te weten op 9 en 10 februari.
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
15 01 06 - 20:44
Emergenza Festival 2 - The Batcave 013 Tilburg
Door Floris de Moel met foto's van Ellen van Geel (klik op foto's voor vergroting)
Emergenza is de grootste internationale concertorganisator voor ongetekende bands. Vrijdag 13 januari 2006, was de derde van vier voorrondes in the Batcave van het Tilburgse
013. Het programma was iets aangepast, één van de acht bands, PLF, heeft voor vanavond afgemeld. De andere zeven bands strijden vanavond om de vier plaatsen in de volgende ronde. De eerste band, Dirty Bastards, hebben we helaas niet gezien.
Foyler
De eerste band die we wel gezien hebben was
Foyler. Drie jonge kerels uit Breda die hele energieke, prettige punk-rock ten gehore brachten. Het geheel was aangenaam om naar te kijken en luisteren, de presentatie kwam erg natuurlijk over en ze hadden er duidelijk plezier in. Bassist Tajs had een fijne stem, met backing vocals van (de jarige) gitarist Pete en drummer Mitch. De eigen nummers werden afgewisseld met covers, waarbij de cover van UB40, ‘Red Red Wine’, wat minder was. Het uitdelen van rode wijn kon dit niet verhullen. De cover van REM, ‘Everybody Hurts’, was erg goed gedaan in een geheel eigen vertolking.
I-Pro2
Hierna was het de beurt aan de Rotterdamse joy-punk band
I-Pro2. Gestoken in Hawaïshirts maken zus en broer Gabriëla (bas/zang) en David (gitaar/zang) Gonzalez samen met de boomlange drummer Griffin Stuip een vrolijke, niet al te serieuze punk-rock. Met nummers over kikkers, voeten en helden met titels als ‘Feet’, ‘Spiderman’ en ‘I Smell bad’, kun je hun muziek niet al te serieus nemen. Het is jammer dat het geheel muzikaal niet al te sterk is en dat hun podiumpresentatie ook wat energieker kan, dan was het concept van joy-punk beter overgekomen.
Cotton Fever
De jonge Roosendaalse viermansformatie
Cotton Fever maakt alt-rock muziek. De zelfgeschreven nummers werden niet overtuigend gebracht, zeker de eerste twee nummers rammelde het hier en daar. Naarmate de set vorderde kwamen de heren beter in hun spel, maar een minpuntje blijft de zang van gitarist Remco Visser.
Dear Mom
De rockband
Dear Mom maakt stevige rocknummers. Het is jammer dat ze naast bassist Maurice Laurijs en gitarist Sander Schriek geen tweede gitarist hebben, dit was de muziek van Dear Mom zeker ten goede gekomen. De eigen nummers steken goed in elkaar, ze zijn afwisselend en doen denken aan Lenny Kravitz en jaren ’70/’80 rocknummers. Helaas lopen de tempowisselingen en breaks niet helemaal soepel en komen rommelig over; dit ondanks het opvallend goede drumwerk van Barry van Bavel. Zanger Frank Betist moet in het eerste nummer er nog duidelijk inkomen en dit lukt hem pas na de eerste stevige uithalen. Toch blijft hij de overtuigingskracht en uitstraling missen die nodig is als frontman van een rockband. Opvallend was dat het laatste nummer, een cover van Pearl Jam, er ineens wel overtuigend uitkwam.
Anoa Beta
Deze vijf Eindhovense heren van
Anoa Beta stonden als rock aangekondigd maar dit dekt maar gedeeltelijk de lading. Ze wisten vanaf de eerste seconde met een frisse, energieke mix van funk, rock, jazz en ska het publiek te overtuigen van hun kunnen. Zanger Floor van Rijt heeft een prettige stem en een goede podiumpresentatie. De ska en reggae-invloeden komen vooral van slaggitarist Sebastiaan van Elshout. Daarnaast neemt de jonge Robin Lucassen met zijn Gretschgitaar de meeste solo’s voor zijn rekening. Hij is naast rock ook hoorbaar beïnvloed door jazz en andere muziekstijlen. Bassist Remco Hendriks trekt niet alleen uiterlijk de aandacht, al slapping en plukkend weet hij met zijn basgitaar de aandacht te trekken. Het geheel wordt gecompletteerd met het uitstekende drumwerk van Jeroen van Neerven. Een fijne mix met een geheel eigen sound, een band die de potentie heeft om het te gaan maken.
Fair Play Committee
De verrassing van vanavond was dit viertal uit Breda. Een geweldige mix van hiphop, noise, fusion en rock. De frontman, MC OMI, is ondanks zijn betrekkelijke lengte, in staat om met zijn charisma en attitude iedereen te boeien en te overtuigen van zijn verhaal. Naast hem gitarist/bassist Stefan Sewabessy. Deze conservatorium-geschoolde, uiterst getalenteerde jongen wist in de 25 minuten tijd die hij had iedereen te overtuigen. DJ 4 Eyes wist met zijn elektronica de nummers tot grote hoogte te stuwen, niet alleen strakke stevige bas- en drumloopjes, maar ook rustige, sfeervolle ambiëntgeluiden. Het geheel werd afgerond met een eveneens conservatorium-geschoolde drummer. Een band met een eigen opvatting van muziek en terecht wisten ze na hun optreden bij iedereen in de zaal de handen omhoog te krijgen.
Na het tellen van de stemmen volgde de uitslag van deze avond. Zevende en laatste is geworden Dirty Bastards, gevolgd op zesde plaats door I-Pro2. De vijfde plaats, en dus net niet door naar de volgende ronde, is Dear Mom. Dat betekent dat de volgende bands een ronde verder zijn: op vier Anoa Beta, de derde plaats voor Cotton Fever, een verrassende tweede plaats voor Foyler en terecht op één Fair Play Committee.
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
14 01 06 - 00:06
Stuart A. Staples bezorgt kippenvel
Tekst en foto's van Gerjanne Tiemens (klik foto's voor vergroting)
Stuart Ashton Staples is vooral bekend als de charismatische frontman van de Britse band
Tindersticks. Na een tiental groepsalbums besloot Tindersticks een sabbatical te nemen. Die periode werd door Staples gebruikt om zijn eerste soloplaat op te nemen ("My wife went crazy having me around whole day"). Afgelopen zomer verscheen 'Lucky Dog Recordings'. Aan deze CD werd o.a. meegewerkt door Yann Tiersen, componist van o.a. de filmmuziek van Amélie Poulain en zangeres Gina Foster. Eind van deze maand verschijnt het tweede solo-album van Staples 'Songs For The Young At Heart'.
Het optreden in
Doornroosje is de eerste in een serie van vier concerten in Nederland en België. Naast Staples zijn ook Tindersticks-leden David Boulter (gitaar) en Neil Fraser (toetsen) van de partij. De band wordt gecompleteerd met
Terry Edwards (trompet/saxofoon), Adrian Stout (bas) en
Thomas Bellhorn (drums). De concertzaal van Doornroosje kan 425 man publiek herbergen. In de voorverkoop waren er 300 kaarten verkocht, maar met de kaartverkoop aan de deur werd het toch nog bijna 'volle bak'. De gemiddelde leeftijd van het publiek lag wat hoger dan doorgaans tijdens concerten in Doornroosje. Voor Staples en de overige Tindersticks-leden is het 15 maanden geleden dat ze op een podium stonden, bovendien traden ze nog niet eerder op in deze samenstelling. Dit laatste was af en toe ook wel merkbaar, maar absoluut niet vervelend. Eigenlijk droeg het zelfs bij aan de intieme sfeer van het optreden. Ze zijn soms een beetje zoekende, maar proberen dit niet te verbloemen. Zo moet Staples Terry Edwards een keer wijzen op het feit dat het liedje is afgelopen en besluit hij op een gegeven moment halverwege het nummer 'Which way the wind blows' zelfs gewoon op te houden: "I can keep strugglin' till the end of the song, but it wouldn't amuse you and it wouldn't amuse me, so we'll give it try later". Deze kwetsbare opstelling levert ze een daverend applaus op en ze maken het bij de toegift inderdaad weer helemaal goed door het nummer alsnog te spelen.
Naast een aantal nummers van de eerste CD wordt er redelijk wat nieuws gespeeld. De solo-nummers van Staples zijn wat minder orkestraal dan dat wat we van de Tindersticks kennen, maar hebben dezelfde melancholische inslag. En door de prachtige kenmerkende baritonstem van Staples klinkt het allemaal toch 'bekend'. Naast bijna breekbare composities zoals het openingsnummer 'People Fall Down' en 'Marseille Sunshine', zijn er ook een paar meer up-tempo nummers. Het is jammer dat het aantal songs nog een beetje beperkt is, waardoor het concert na een goed uur al is afgelopen. Na de eerste toegift gaat de muziek in de zaal aan en is de verrassing des te groter dat de heren toch nog een keer terug komen: "This is really our last song, otherwise we start repeating ourselves". Het naborrelen met de bandleden in de bar van Doornroosje duurt uiteindelijk langer dan het hele optreden. Maar tegen tweeën wilde Stuart echt naar het hotel, want - zo vertelde hij ons - hij wilde nog wel even genieten van het feit dat hij in z'n hele artiesten leven nog nooit zo'n grote hotelsuite had gehad!
Stuart A. Staples is vanavond (13.01) nog te zien in
013 Tilburg tijdens het
Traces of Voices Festival ' en op 27 januari a.s. spelen ze in Antwerpen tijdens De Nachten Festival.
Bezetting
Stuart A. Staples - zang, gitaar en harmonium
David Boulter (Tindersticks) - gitaar
Terry Edwards (the Scapegoats) - trompet, saxofoon, toetsen en harmonium
Adrian Stout (
Tiger Lillies) - bas
Neil Fraser (Tindersticks) - toetsen
Thomas Bellhom (ex-Calexico, Convertino & Burns) - drums
Geïnteresseerd in de CD?
Lucky Dog Recordings 03..
Stuart A Staples
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
13 01 06 - 14:14
Emergenza Festival 1 - The Batcave 013
Door Floris de Moel met foto's van Ellen van Geel (klik op foto's voor vergroting)
Emergenza is de grootste internationale concertorganisator voor ongetekende bands. In 150 steden in Amerika en Europa worden voorrondes gehouden waar de bands zich voor kunnen inschrijven. Emerganza zorgt voor de locatie, de apparatuur, materiaal, geluid, licht en de reclame voor het festival. Iedere avond spelen 7 tot 9 bands en zij krijgen 30 minuten de tijd, inclusief 5 minuten om af te breken en op te bouwen) om het publiek te overtuigen van hun kunnen. Door middel van handopsteken kan het publiek stemmen voor de band die ze net gehoord hebben. De 4 bands met de meeste stemmen gaan door naar de volgende ronde.
Donderdag 12 januari, was de tweede van vier voorrondes in de Batcave van het Tilburgse
013. Er speelde acht bands van Alt-rock tot Death-metal en van Metal-core tot Folk. Het was voor mij de eerste keer dat ik bij een Emerganza-avond aanwezig was. Ik was bang dat het erg zou gaan uitlopen vanwege het ombouwen na ieder optreden. Dit was gelukkig niet het geval, sterker zelfs, op het eind van de avond liep men voor op het schema.
Backspin
De eerste band was
Backspin (1e fotoserie midden), een viermansformatie uit Veghel. Zij speelden melodieuze, stevige rocknummers en een ballad. De nummers hadden een goede opbouw met een eigen geluid. Wat mij vooral opviel was het uitstekende drumwerk van Tim. Ook zanger Jerry had een aangename, rock-stem die me met momenten deed denken aan Chris Cornell. Een uitstekend optreden, zeker toen ik later, in gesprek met gitarist Rob, hoorde dat ze pas anderhalf jaar bij elkaar zijn en dat dit hun eerste optreden was.
Kofferband
Kofferband was de tweede band, een jaren-60 rockband. De vijf jonge muzikanten speelde een aantal rock & rollcovers van de bekende jaren-60 artiesten. Ik heb niets tegen covers, maar doe het dan wel goed. De nummers waren rommelig, de zang was slecht en de podiumuitstraling was onvoldoende. Kortom, Kofferband kreeg van mij geen stem.
System Flatline
Het optreden van Kofferband werd compleet vergeten na de eerste tonen van
System Flatline (1e fotoserie links), een jonge, enthousiaste vijfmansformatie uit Roosendaal. Zij speelde stevige up-tempo Metal/N ¼-Metal. Een muur van geluid en het gebrek aan techniek werd ruimschoots goedgemaakt door het enthousiasme en bewegen van de bandleden. Ze speelden de eigen nummers, niet altijd even strak, maar met veel speelplezier.
Loss of Words
Na het energieke, maar rommelige Nu-Metal geluid van System Flatline, volgde de extreem strakke Metal-core van
Loss of Words (1e fotoserie rechts). Het geluid was hard, strak en erg vet. De nummers en het geluid deden mij denken aan de jaren ’80 hardcore van Suicidal Tendencies, Excel en No Mercy. De band was bij de eerste nummers erg statisch, maar dit werd later ruimschoots goedgemaakt. Zanger Tim mag wat mij betreft nog arroganter overkomen. Een krachtig optreden van deze band uit Breda.
Matzko
Na al het metaalgeweld een folkband. Toen ik het programma van deze avond doornam had ik mijn bedenkingen over
Matzko (2e fotoserie links). Ik dacht: “een folkband, wat moet dat tussen al dat gitaar geweld?” Maar de Eindhovense band verbaasde me! Een energieke, sprankelende set van up-tempo folknummers gemengd met een vleugje rock. Het was erg aangenaam om tussen al het elektrische gitaargeweld de vrolijke akoestische muziek van Matzko te horen, compleet met viool, dwarsfluit en akoestische gitaar. Nee, Folk is niet alleen voor hippies, voor mij de verrassing van de avond.
Ceremony of Opposites
Na de vrolijke klanken van Matzko was het tijd voor meer gitaargeweld. Het uit Tilburg en omstreken afkomstige
Ceremony of Opposites bracht een melodieuze Death-Metal ten gehore. De drie mannen en één vrouw brachten stevige, vette eigen nummers. In het begin was het wat rommelig en niet altijd even strak, maar na een tweetal nummers werd het wel een geheel, strak, technisch en melodieus. Jammer dat de gruntstem van Sander niet altijd even zuiver en verstaanbaar was. Het nadeel van Death-Metal is dat het snel eentonig en veel van hetzelfde wordt.
One Inch Men
De een-na-laatste band was het Tilburgse
One Inch Men (2e fotoserie midden). Volgens de aankondiging Rock-Metal, volgens hun eigen site Stoner-Metal. Voor was dit mij de favoriet van de avond, lekkere trage “betonrock”. De vette rifs deden mij denken aan Corrosion of Conformity en Trouble. In de eerste nummers was zanger Mario nog niet helemaal bij stem, maar na het tweede nummer ging hij helemaal los. Het optreden zakte even in met een Alice In Chains cover, ook het nummer daarna liep niet helemaal lekker. Maar de twee laatste nummers stonden weer als een huis. Een geslaagd optreden voor de vijf mannen uit Tilburg.
Borehole
De afsluiter van de avond was het uit Eindhoven afkomstige
Borehole (2e fotoserie rechts). De vier bandleden, met een opvallende blonde dame achter het drumstel, brachten rechttoe rechtaan Stonerrock. Een vette knipoog naar Kyuss en Queens of the Stoneage, maar ook invloeden van Tool waren duidelijk hoorbaar. Het optreden begon krachtig, vet en strak, maar zakte jammer genoeg na een viertal nummers in en kwam niet echt meer tot leven, dit ondanks de energieke verschijning van de zanger.
Na het optreden van Borehole en het tellen van hun stemmen, volgde de uitslag. Hiermee kwam het manco van het puntensysteem direct aan het licht. Bij de aanvang van de avond waren er nog niet zoveel mensen aanwezig dus de eerste bands hadden daarmee letterlijk minder stemmen dan de bands die later op de avond speelden.
Tot slot de uitslag: 1e werd System Flatline, terecht gevolgd op de tweede plaats door Matzko, de derde plaats was voor Loss of Words en een gedeelde vierde plaats en ook een plaats in de halve finale voor One Inch Men en Borehole. Ik vind het jammer dat Backspin het niet gered heeft, zij hadden wat mij betreft ook een plaats in de volgende ronde verdiend.
Meer foto's - ook van de andere bands - zijn
hier te bekijken.
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
09 01 06 - 13:51
Scandinavisch Metal Matinee, 013 Batcave
Door Floris de Moel met foto’s van Ellen van Geel (klik foto’s voor vergroting)
De Batcave organiseert iedere twee weken, op zondag, een ‘metalmiddag’, het Metal-Matinee. Voor 5,00 € ben je, op een prettige manier, de zondagmiddag onder de pannen. Zo ook gisteren. Als liefhebber van het Scandinavische metaalgeluid ging ik goedgestemd naar de kleinste zaal van
Tilburgse 013 om drie bands te zien: Swallow the Sun, Before the Dawn en Abysmal Darkening.
De eerste band was het uit Tilburg en omstreken komende 'Abysmal Darkening'. Een nieuwe band met nog weinig podiumervaring. De bandleden, op de zanger na allen vrouwen, stonden vrij statisch op het podium waarbij de zanger gedurende het gehele optreden stil stond met zijn hand in zijn zak. Muzikaal was het weinig vernieuwend, de nummers waren vrij lang en voorspelbaar, waarbij de gruntstem van zanger Ludas monotoon en onverstaanbaar was. Na een korte set van een half uur eindigde het optreden met een welgemeend “houdoe” van Ludas.
Hierna volgde het uit Finland afkomstige 'Before the Dawn'. In 2002 waren ze in Scandinavië een grote hit met hun debuutalbum 'My Darkness'. In het voorjaar volgt hun derde studioalbum 'The Gost'. Het viertal, onder aanvoering van gitarist/zanger Tuomas Saukkonen, wist het publiek vanaf de eerste seconde te boeien met zware, strakke up-tempo metal. De nummers waren goed doordacht, afwisselend en erg melodieus. Hierbij viel vooral het spel van gitarist Juho R ¤ih ¤ op. Het viertal speelde negen nummers, waarbij ze vier nieuwe nummers van de komende CD ten gehore brachten. De zangpartijen werden afgewisseld, de grunts van Tuomas en de zang van bassist Lars Eikind. Jammer was dat het volume van Tuomas’ microfoon wat laag stond (ondanks zijn vele aanwijzingen naar de mannen achter de knoppen) en dat Lars niet echt bij stem was deze avond. Desondanks een geweldige, boeiende set van 45 minuten.
Als laatste het, eveneens uit Finland afkomstige 'Swallow the Sun'. De zesmansformatie wist in hun set van 60 minuten elke minuut te boeien. Lange trage, zware nummers, met afwisselend zang en grunt van Mikko Kotam ¤ki en zeer strakke drumpartijen van Pasi Pasanen. In tegenstelling tot 'Before the Dawn' maakte zij, in de persoon van Aleksi Munter, wel gebruik van keyboards. Hierdoor ontstond een muur van geluid, trage zware doommetal zoals het hoort. Slepende gitaarpartijen van Markus J ¤msen, afgewisseld met melodieus, goed doordacht getokkel op gitaar van Juha Raivio, dat een melancholiek effect teweeg bracht. Een hoogtepunt was het extreem trage 'The Ship' maar ook de hekkensluiter 'Swallow' werd geweldig vertolkt.
Een fijne zondagmiddag, de Scandinavische bands hebben mijn voorkeur wederom bevestigd.
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
31 12 05 - 11:00
Orpheus meets After Forever.
Door Floris de Moel met foto’s van Ellen van Geel (klik foto’s voor vergroting)
Met de klanken van Tool’s “Undertow” op de achtergrond stroomde de grote zaal van het
Tilburgse 013 langzaam vol. Al direct bij binnenkomst viel de diversiteit aan mensen op. Naast de verwachte “Metalfans” waren het ook aanhang en familieleden van de “Koninklijke Harmonie Orpheus” die de zaal vulden. Tegen 20:00 uur werd het publiek in twee talen welkom geheten (er waren ook genodigden uit Frankrijk, België en Duitsland in de zaal). De avond zou bestaan uit drie delen. Als eerste een set van Orpheus, gevolgd door een set van After Forever. Het derde en laatste deel is waar we allen voor gekomen waren, Orpheus meets After Forever.
Deel 1: Orpheus
Koninklijke Harmonie Orpheus, opgericht in 1864, betrad in kleine groepjes het podium. Ze hadden een zestal bekende rocknummers ingestudeerd, zo werd tijdens de inleiding verteld. De Harmonie werd versterkt met een drummer en gitarist, geleend van de rockacademie. Toen iedereen een plek op het podium gevonden had werd van start gegaan met ‘Paint it black’ van de Stones. Orpheus startte vrij ingetogen en rustig, maar eenmaal op volle sterkte was het overweldigend, vooral het bekende deuntje van ‘Tour of Duty’ bezorgde velen kippenvel. Hierna het bekende (en ook verwachte) ‘Nothing else matters’ van Metallica. In tegenstelling tot de concerten van Metallica en Deep Purple met symfonieorkesten, moet Orpheus het doen zonder strijkers en harpen. Desondanks weten ze de nummers goed te vertolken en vooral de stevige, harde passages slaan in als een bom. Ook U2’s ‘Sunday, bloody Sunday’, Deep Purple’s ‘Smoke on the Water’ en ‘Another day’ van de Beatles worden geweldig vertolkt.
Voor het laatste nummer komt ook Floor Jansen het podium op, zij zingt met Orpheus het nummer ‘Weak’ van Skunk Anansie. Een geweldige afsluiter van het eerste gedeelte.
Deel 2: After Forever
Na een korte pauze (er moeten zestig mensen het podium af) was het tijd voor After Forever. Ze speelde een korte set van een zevental nummers. Het intro werd gestart voor het eerste nummer ‘Enter’, de zes bandleden betreden het podium en al snel verdwijnt gitarist Sander Gommans rechts in de coulissen. Zijn versterker doet het niet, gedurende de hele set wordt er van alles geprobeerd maar het apparaat komt niet tot leven. Ook een tweede versterker die tijdens de set, tussen de nummers door erbij wordt gezet biedt geen uitkomst. Gelaten moet hij toezien hoe zijn collega’s de nummers ook zonder hem kunnen vertolken, echter een stuk minder vet zonder tweede gitaar. Wel komt hij geregeld het podium op, met zijn gitaar werkloos om zijn nek, om zijn gruntpartijen te zingen. Ondanks het ontbrekende gitaar geluid van Sander weten de overige bandleden een strakke set neer te zetten. Mede door de geweldige stem van Floor Jansen. Met een zichtbaar plezier en enthousiasme spelen ze na ‘Enter’ de eigen nummers; ‘Come’, ‘Bounderies Are Open’, ‘Living Shields’, ‘Attendance’ en ‘Follow In The Cry’. Als afsluiter van deze set spelen ze de Europecover ‘Final Countdown’ (persoonlijk had ik dan liever nog een eigen nummer gehoord).
Deel 3: Orpheus meets After Forever
De pauze werd gebruikt voor het in ere herstellen van de versterker van Sander. Al snel wisten de techneuten het apparaat werkend te krijgen voor het afsluitende en belangrijkste gedeelte van het concert.
Vanaf de start ‘Childhood In Minor’ en ‘Beautiful Emptiness’ was duidelijk dat de “metal” van After Forever uitstekend te combineren valt met het “metaal” van Orpheus.
Het geheel staat als een huis, de arrangementen van Orpheus kloppen als een bus en stuwen de muziek van After Forever tot nog grotere hoogte. Ook de extreem snelle passages van onder andere ‘Beyond Me’ worden door Orpheus met gemak gevolgd.
Hierna volgde het al lang niet meer gespeelde ‘Intrinsic’ en ‘Through Square Eyes’.
Een persoonlijk hoogtepunt was het ingetogen ‘Eccentric’, de ballad werd op geweldige wijze gezongen door Floor, met naast het pianospel van Joost van den Broek heel intiem de blazers van Orpheus. Meteen gevolgd door het stevige ‘Forlorn Hope’ en ‘Being Everyone’.
Voor het laatste nummer sloeg het noodlot weer toe. De mengtafel van het orkest had het begeven. Net toen Floor Jansen dit aan het publiek uitlegde en voorstelde om een nummer zonder orkest te spelen kwam Joost met de mededeling dat de techniek hersteld was. Alsnog werd het laatste nummer met Orpheus ingezet: ‘Monolith Of Doubt’. Na een welgemeend en oorverdovend applaus werd het nummer ‘My Plegde Of Allegiance Part I’ als toegift gespeeld. Een geweldige afsluiter voor een geweldig concert.
Ondanks de technische tegenslagen toch een van de mooiste concerten die ik dit jaar bezocht heb. Een mooi initiatief en ik hoop dat dit in de toekomst nog een vervolg gaat krijgen.
Geïnteresseerd in CD's van After Forever?
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: POP-ROCK, MUZIEK
19 12 05 - 11:46
Bettie Serveert: Bare Stripped Naked
Tekst Mieke Kreunen
Onder de naam 'Bare Stripped Naked' doet Bettie Serveert op dit moment een aantal semi-akoestische optredens en afgelopen zaterdag waren ze in het Beauforthuis in het kader van de serie BO4U. In de aankondiging van de tour lezen we dat Bettie Serveert een rustigere, af en toe meer jazzy kant laat horen en oud materiaal zal worden afgewisseld met nieuw en niet eerder verschenen nummers. Bettie Serveert ontstond in 1991 uit de Arnhemse kunstenaarsscène en dankt zijn naam aan de tennisspeelster Betty Stöve. Eén van de bijzondere dingen aan de band is dat ze, na een goed ontvangen debuutalbum 'Palomine', meteen de oceaan overstaken en gingen touren door Amerika en Canada. Ook in Engeland en in Japan is Bettie Serveert een graag gezien gast en dat kan lang niet van iedere Nederlandse band gezegd worden. Bettie Serveert heeft een herkenbaar eigen geluid. Belangrijke ingrediënten daarvan zijn de sensuele stem van zangeres Carol van Dyk, het schitterende gitaarspel van Peter Visser en bassist Herman Bunskoeke en de melancholieke sound. We zagen ze al een paar keer eerder en steeds weer ben ik gecharmeerd van de stageperformance van de band. Ze hebben er overduidelijk plezier in, weten een prettige sfeer te creëren op het podium en de grapjes van de verschillende bandleden worden door het publiek hoorbaar gewaardeerd. De eerste set begon met 'Attagirl', het titelnummer van de laatste CD, gevolgd door 'White Dogs', 'Co-Coward' en 'Ray Ray Rain'. In het nummer 'All the other fish' was heel goed te horen waarom de sound van 'The Betties' wel eens vergeleken wordt met die van de Velvet Underground: akoustisch geluid, melancholisch en Carols zang die hier en daar zelfs een beetje aan Nico doet denken. In het verleden nam Bettie Serveert ooit een Velvet Underground Tribute op met de titel 'Venus in Furs'. In de aankondiging van 'Stefanie says' gaf Carol aan het geen probleem te vinden als het publiek deze limited edition onderling zou delen. Het album is namelijk niet meer verkrijgbaar. Schitterend vond ik 'Road Movies' waarin toetsenist Martijn Blankensteijn zijn plaats aan de vleugel even inruilde voor een kruk met de akoestische gitaar van Peter Visser. In de zaal en op het podium wordt volop genoten van de muziek en is de sfeer relaxt. Genieten is het ook van de meerstemmige zang die in de refreintjes te horen is dank zij drummer Guido Geudens en dank zij het feit dat het een kroegconcert is, en er daarom geen rookverbod is, steekt Carol er af en toe zelfs maar een sigaretje bij op. Na 'My Fallen Words', '1 Off Deal' en 'Certainlie' is het pauze (die op de achtergrond wordt opgeluisterd met iets dat klinkt als een celloconcert). De tweede set komt er wat meer tempo en swing in de muziek. Nummers als 'The Rope', '2nd Time' en 'White Tales' hadden de lekkere sound die we van Bettie Serveert gewend zijn, niet in de laatste plaats vanwege Peter Visser die wat meer uitpakte met zijn gitaarwerk en wat meer knettert dan in de eerste set. Het doet verlangen naar meer en naar echte harde rock & roll. Maar de heftige nummers blijven in dit programma uit. In 'Sugar the Pill' lijkt het even te gaan gebeuren maar houdt Visser zich toch maar in. Met 'Aufwiedersehen' wordt de set afgesloten en barst het publiek los in een daverend applaus. Het duurt lang voordat de band terug komt en als de deur weer open gaat komt alleen Carol het podium op voor een adembenemende vertolking van de ballad 'You've Changed'. Omdat dit het laatste optreden is van dit jaar is de toegift langer dan anders en worden we onder andere getrakteerd op 'Given', het schitterende 'Dreamaniacs'. Het concert wordt afgesloten met 'Heaven' en goede wensen. Ik vond het een heerlijk concert. Prachtig vond ik vooral de eerste set met die ingetogen, bijna intieme akoustische nummertjes. Bettie Serveert is een leuke sympathieke indieband met een heel eigen sound die wat mij betreft een vaste plaats heeft op onze concertagenda. Bezetting Carol van Dyk: vocals en gitaar Peter Visser: gitaar Herman Bunskoeke: basgitaar Guido Geudens: drums en background vocals Martijn Blankensteijn: toetsen Geïnteresseerd in één van de CD's?
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: MUZIEK, POP-ROCK
07 12 05 - 18:06
Vlaamse Popgrond in de Amsterdamse Brakke Grond.
klik foto's voor vergroting
Vlaamse pop- en rockgroepen zijn razend populair in Nederland en daarbuiten. dEUS heeft zo ongeveer de 'U2-status' bereikt en in hun kielzog raken er steeds meer Vlaamse groepen bekend. Muziekblad
Oor ondersteunt die kwaliteit en is, onder andere door uitgifte onlangs van de CD 'Vlammende Vlamingen', mede debet aan de bekendheid van veel groepen. Sinterklaasavond 5 december is nu niet bepaald een gelukkig gekozen avond, maar de Belgen waren zich dat bewust en haakten handig in op dit oer-Nederlandse feest door pakketjes uit te delen met pepernoten, marsepein, spekjes en een mandarijntje. Ook de aankondigingen van de groepen ging op (sinterklaas)rijm. Op het programma in de
Brakke Grond stonden Tom n en PJDS.
Welke status
Tom n heeft in thuisland Vlaanderen is mij niet bekend. Zij maakten op ons de indruk van een beginnende band die hun weg nog moeten vinden, maar wel veelbelovend is. Zij lieten mooie klanktapijten ontstaan, die soms naar een climax voerden. Ze waren voor een deel ook een beetje vaag en navelstarend. Tom n bestaat uit Wouter Vlaeminck - zang, gitaar, toetsen, Jens Vanysacker - bas, Bram Pauwels - gitaar, toetsen Vooral drummer Lode Vlaeminck was opvallend sterk en nam ook veel zangpartijen voor zijn rekening.
De volgende band na de pauze is
PJDS, een afkorting voor Pieter-Jan De Smet, een groep die al 10 jaar lang bestaat en in 1993 een doorbraak had met de CD 'Antidote'. De Smet is met zijn markante kop en bijbehorende zang het boegbeeld van de groep, maar de andere bandleden grotendeels afkomstig (geleend?) van
Arno hebben ook heel wat in hun mars. Ik was volkomen gefascineerd door het spel en de verschijning van leadgitarist Geoffrey Burton. Als een gewond dier stapte hij driftig het podium over om steeds weer terug te keren naar zijn pedalen. Zijn spel is uniek. Gemene snijdende stacatoriffs die door merg en been gaan en die een mooi contrast vormen met de rest van de band. Soms aanhoudend zoals The Edge dat doet en soms heel onverwacht en origineel. Een band die het verdient om nu eens echt door te breken. Aan de muziek ligt het niet. Misschien een andere naam kiezen...
9 januari 2006 is er weer een nieuwe editie van Popgrond. Dan met Skeemz en Lalalover
Informatie:
Brakke Grond site (directe link) en
Muziek Centrum Vlaanderen
These icons link to social bookmarking sites where readers can share and discover new web pages.
Onderwerp: POP-ROCK
23 10 05 - 20:46
Nighthawks At The Diner met nieuwe formatie
klik foto voor vergroting
In april van dit jaar gebeurde er, wat we al eerder van Rood, de centrale figuur achter
Nighthawks At The Diner hadden gehoord: de oude formatie NATD viel uit elkaar. Maar ze zijn weer opgestaan met een nieuwe formatie bestaande uit de oudgedienden Thijs Verwer op drums en Toon Meijer op sopraan- en tenorsax aangevuld met twee nieuwe musici: Pieter Klaassen op gitaar en Jan Fluhbacher op bas. We zagen ze gisterenavond weer in het
Beauforthuis. Dat de formatie nog niet helemaal op elkaar is ingespeeld was voelbaar en zeker in de eerste set hier en daar te merken. Rood, Thijs en Toon vormden een solide basis voor de twee nieuwe heren die het nog wat voorzichtig aan deden. Kwaliteit hebben ze voldoende in huis. Dat zal dus wel goed komen.
In de eerste set kwamen heel wat nummers van Transit Cellophane voorbij w.o. 'Forbidden Fruit', 'Please Crack A Smile For Me Baby' met de strakke drums en 'Cellophane' maar ook een aantal oude nummers zoals 'King in Yellow' en 'You invented me' (beide van het eerste album Fool's Tango).
De tweede set begon met 'Like I Don't Know You Anymore' gespeeld door Thijs Verwer en Rood samen, gevolgd door een nieuw nummer 'The master is away' (tevens werktitel van de nieuwe CD). Gaandeweg de tweede set leek het alsof de band wat meer los kwam. Dat was al goed te merken bij 'Observant Spectator' en 'If We Get Back Home' maar bereikte een hoogtepunt tijdens de toegift waarin de band 'See you later Alligator' en 'Walking on eggs' (beide van het tweede album Walkin' On Eggs) speelde. Even was er weer het sfeertje van
het eerste optreden dat wij ons van NATD in het Beauforthuis herinnerden. Dat kwam de band op een staande ovatie van het publiek te staan.
Het is altijd moeilijk om de intimiteit van legendarisch optreden weer te herhalen. Dat is gisterenavond niet opnieuw gelukt. Een prima optreden, maar de magie van de vorige keer was er gewoon niet. De band groeide wel in de loop van de avond. De saxen van Toon Meijer schitterden weer als vanouds. Met name gitarist Pieter Klaassens en bassist Jan Fluhbacher kwamen pas tegen het eind wat los. Wel blijft het bijzonder om Rood aan het werk te zien. met zijn
gladde schedel, in het zwart gekleed, achter een zwarte vleugel tegen een zwarte achtergrond. Een rokende sigaret op de vleugel en een glas whiskey bij de hand vervolmaken het decor. Kromgebogen over het klavier laat hij zijn virtuoze pianospel horen. Zijn pianospel is, zoals ons vooral tijdens zijn solo-optreden opviel, van ongekende klasse. Zijn timing, subtiele aanslag en gebruik van stiltes tussen de noten ondersteunen perfect de dramatiek van zijn teksten en bijbehorende zang.
Rood blijft een fenomeen. Hij wordt wel vergeleken met Tom Waits en daar heeft hij beslist ook wel wat van weg maar hij heeft toch een heel eigen sound. Die komt met zijn begeleiders van NATD beter tot zijn recht dan solo, de interactie met andere muzikanten maakt het allemaal net even wat minder zwaar en dat is wel goed. We zijn benieuwd naar het nieuwe album waarmee NATD bezig is en houden houden er rekening mee dat er wellicht weer een legendarisch optreden in het verschiet ligt als de band voldoende hecht is geworden.
CD
Transit Cellophane
Nighthawks At The Diner