Onderwerp: Weblog Marina Kaptijn, OEROL
13 Juni 2010
The day after
Gisteren was onze première op De Nollekes. Na afloop proostten we met prosecco, op onze rubberlaarzen in de modder. Gevolgd door een afterparty in ons appartementje, tot ik om half vijf mijn collega's vriendelijk doch dringend verzocht om te vertrekken.
De voorstelling ging gelukkig goed, zoals voorspeld na de slechte generale. En om dan maar meteen in de cliché's te blijven: ik ben benieuwd hoe het vanavond gaat zijn. Want nu zijn we beland bij De Beruchte Tweede Voorstelling....
Iedereen is een beetje gaar, en we worden een beetje gelaten van alle aanpassingen die nog steeds doorgevoerd worden. Naar het schijnt krijg ik vanavond misschien een microfoon, indien de wind uit de verkeerde richting komt? Waar ik de ganze repetitie periode nog niet eerder mee gewerkt heb? Zonder iets van een sound check te kunnen doen van te voren? Ik krijg meteen associaties met de show van Ophrah. Ook al lijkt Titus in de verste verte niet op Ophrah, of op Jerry Springer. Ik vrees dat de Vlaamse uitdrukking "Klinkt 't nie dan botst 't " hier wel héél toepasselijk is.
Ach wat, ik heb voor hetere vuren gestaan en misschien is het vanavond ineens windstil. En een microfoon is nog altijd beter dan de megafoon die we ook nog hebben liggen... Windrichting, windkracht zullen ons steeds verrassen. En het publiek al helemaal. Het Oerol publiek is namelijk een categorie apart!
Even opscheppen, dat mag immers op je eigen blog: Ik heb in theaters over de hele wereld gestaan in voorstellingen van Jan Fabre. In Europa, Japan, Canada, Zuid- en Noord-Amerika. Het publiek is overal anders. Reacties vanuit het publiek tijdens de voorstelling ken ik maar al te goed. Maar Oerol, dat is echt een ander verhaal. En daar heb ik in de loop van mijn Oerol jaren het nodige van meegekregen.
Alleen al het beeld van driehonderd enthousiaste, in zon, regen- en storm bestendige kleding gehulde mensen op zoek naar een zitplaats. Zijn ze eenmaal gesettled dan begint het uitkloppen van het regenpak, Slash Slash. Ritsen van regenjacks die Zoef Zoef opendicht opendicht gaan. Mensen die antwoord gaan geven aan de acteurs. Meelevend commentaar of minder meelevend commentaar. Of slapende mensen die snurkend voor me zitten terwijl ik m'n ziel en zaligheid probeer te geven. Ik weet hoe vermoeiend het kan zijn om het hele eiland over te crossen op de fiets. En hoe rozig je je kan voelen als je eindelijk kunt zitten kijken. Dat je dan in slaap valt, tijdens uitgerekend mijn monoloog, heeft dan vast en zeker niets met mijn spel te maken. Denk ik. Of toch? Nee, onmogelijk!
In deze voorstelling zijn de acteurs ook het publiek dus is het niet gek dat het publiek soms het gevoel krijgt dat ze ook mogen meespelen.
Ik ben reuze benieuwd naar mijn tegenspelers van vanavond.
Marina