Onderwerp: MUZIEK, JAZZ
24 Juni 2007
Sherrie Maricle en The DIVA Jazz Orchestra en DK Ibomeka: aardig, maar niet meer...
Door Hans Frederiks met foto's van Leo Drughorn (klik voor vergroting)
Jazz at the Zoo is een stichting die in de Koningszaal van Artis jazzconcerten organiseert, waarbij een van de doelen is fondsen te verzamelen voor een nieuw olifantenverblijf voor Artis, nieuwbouwplannen die in de buurt van Artis in ieder geval omstreden zijn. De concerten worden ook gesponsord - ook ten bate van het olifantenverblijf, dit keer door een deurwaarderskantoor, waardoor ik het gevoel had in de zaal niet echt tussen vrienden te zitten. Wat bekende Nederlanders in de zaal, keurig net publiek. Het publiek wordt op deze Hemelvaartsdag getrakteerd op een big band bestaande uit louter dames, Sherrie Maricle en The DIVA Jazz Orchestra, met telkens aan het einde van de set de band met de jonge zanger DK Ibomeka, een Canadese immigrantenzoon.
DIVA werd opgericht door Stanley Kay, een voormalige manager en drummer van de Buddy Rich Big Band. Kay leidde een band waarin Maricle drumde. Hij was onder de indruk van haar kunnen en vroeg zich af of er geen andere vrouwen waren met dezelfde muzikale kwaliteiten als Maricle. Zo onstond in 1993 de eerste Big Band bestaande uit louter vrouwen. De DIVA Jazz Orchestra, die nu geleid wordt door Sherrie Maricle, is traditioneel, met idem dito repertoire. Niks mis mee, als het maar strak en met verve gespeeld wordt.
Het was entertaining, erg traditioneel en stevig gespeeld, zo stevig zelfs dat tijdens een van de nummers het drumstel van Maricle bijna in elkaar stortte en door de Jazz at the Zoo roadmanager moet worden vastgehouden. De band had lol samen, dat zag je aan de manier waarop ze samen de koortjes deden of waarop ze elkaar tijdens het spelen aankeken en aanmoedigden. Mooi was bijvoorbeeld ‘Come Sunday’ van Duke Ellington, met solo’s van de baritonsaxofoniste en de trompettiste en de langzame ballad ‘You don’t know wat love is’. Van de tweede set was vooral ‘Stars fell on Alabama’ met solo’s op fl ¼gelhorn en tenorsax het aanhoren meer dan waard. Van de musici maakten de bassiste en de pianiste - overigens allebei afkomstig uit Japan - op mij de meeste indruk.
Halverwege de eerste een tweede set kwam de enige man in het gezelschap de boel met zang versterken. DK Ibomeka, zoon van Nigeriaanse emigranten uit Canada, een ex-medicijnen student, twee meter lang en 160 kilo zwaar, die van de ene op de andere dag wilde gaan zingen, doordat hij erg onder de indruk was geraakt van de zang van Ella Fitzgerald. Hij zong goed, met passie, met eenzelfde motoriek als de jonge Joe Cocker, maar zonder zijn sterke stem. Hij zong niet vals of uit de maat, maar zijn stem was eigenlijk niet echt bijzonder. Het deed me niet veel. Een zelfde voorspelbaar repertoire als Sherrie en haar orkest. Hij zong ‘I believe to my soul’ en ‘I put a spell on you’ en je moet van goede huize komen wil je de versie van Nina Simone overtreffen. Grappig was ‘Nobody loves me’, waarbij het dameskoortje van de band de hele tijd ‘aaaah...’ zong, als Ibomeka weer zong dat niemand van hem hield. Aardig was zijn versie van ‘I was made to love you’, bijna soulmuziek, en zijn absoluut onherkenbare versie van ‘Oh Darling’ van de Beatles, langzamer en beetje slepend uitgevoerd.
DK Ibomeka is natuurlijk nog jong, hij zingt nog niet lang en kan best wat gruis op zijn stembanden gebruiken. De enige die die avond wél goed kon zingen, was Denise Jannah, die de avond mocht presenteren en één liedje met het Jazz Orchestra mocht zingen. Al met al was het een aardige avond, maar niet meer dan dat. Keurig vermaak, keurig publiek - niks mis mee allemaal - maar spannend was het niet.
Jazz at the Zoo - website