Onderwerp: DE PARADE, FESTIVAL, STRAATTHEATER
20 Mei 2006
'De Parade gaat vreemd' in het Theatermuseum
Tekst en foto's Mieke Kreunen (klik voor vergroting)
Even na vijven draait er ineens een wonderlijke kleine maar zeer luidruchtige stoet de Herengracht in Amsterdam op. Voorop een rode tractor, daarachter een schamelwagen met de Silent Disco er op die op zijn beurt gevolgd wordt door een keukenwagen met een heuse rookoven en mobiele keuken waarvan het schoorsteentje heerlijke geuren over de gracht verspreidt. De trein wordt afgesloten door de pianist met zijn vleugelwagen waarvan de klanken al te horen zijn vanaf de overkant van het water.
'Het zijn vast en zeker nomaden die een plek zoeken om hun tenten op te slaan', is de inschatting van het publiek dat op trap en stoep van het Theatermuseum staat te wachten op de dingen die komen gaan. Op het moment dat de stoet stopt voor nummer 168 blijkt dat die inschatting klopt. Inderdaad... nomaden! Dat treft want de deuren van het Theater Instituut Nederland zwaaien royaal open om de groep een warm welkom te bereiden. De champagne staat al klaar voor Terts Brinkhoff -bedenker en artistiek leider van de Parade en tevens pianist - en zijn mensen.
Tjokvol is het binnen in de schitterende gangen en zalen van het TIN. Ik zie allemaal bekende gezichten om me heen al weet ik niet van iedereen de naam. Natuurlijk was Oeroldirecteur Joop Mulder present met zijn onlangs nieuw aangetreden zakelijk directeur Janneke Staarink en gastheer en TIN-directeur Kees Vuyk. Veel artiesten waren er natuurlijk ook die op de Parade spelen of speelden of het mobiele theater een warm hart toedragen: Jack Spijkerman, Ad Visser, Leon Giessen en vele anderen.
Na enige geharrewar wordt besloten in de de tuin van het TIN - waar voor de gelegenheid de Royaal Theatre Modern-tent is opgetrokken - het officiële gedeelte te doen. Bevlogen verhalen, ongetwijfeld, die door het ontbreken van enige vorm van versterking totaal niet te verstaan waren omdat de woorden wegwaaiden op de wind. Eerst is Kees Vuyk aan de beurt en daarna Fons Asselberg die beiden toelichting geven op het idee achter de tentoonstelling. Terts Brinkhoff zelf, die als laatste zijn verhaal doet, is nog het beste te volgen. Ik hoor hem over aandacht, ruimte en samenwerking en krijg de stellige indruk dat dit sleutelwoorden zijn in zijn verhaal en in het verhaal van de Parade.
De gangen van foyers van het TIN hangt vol met schitterende affiches van 15 jaar Parade. Op de bovenverdieping zijn twee zalen ingericht. Eentje met het thema de traditie waaruit de Parade voorkomt, die van het circus en de kermis en de andere met oude en nieuwe mobiele theaterconcepten zoals het Flying Festival, Cirque des Compositeurs, Boulevard of Broken Dreams en idee voor een reizend dorp.
Degenen die de tentoonstelling bekeken hadden konden ook nog naar de doorlopende voorstelling van de Stijle, Want in de tent in de tuin.
In de periode van 20 mei tot en met 27 augustus zullen er in het TIN een serie ontmoetingen plaatsvinden met belangrijke beleidsmakers zoals Martijn Sanders (Concertgebouw), Jacques van Veen (Holland Festival), Ritsaert ten Cate (oprichter van Mickery) en Dasart (kunstenaar) om te debatteren over het verschil tussen het maken van theater en festivals op locatie of vanuit vastomlijnde muren en kaders. Gespreksonderwerpen zijn: een nieuw concept voor het Holland Festival (13 juni), de schouwburg als warenhuis en 24-uurs programmering in theaters (15 juni), de carrière van het idee - de ontwikkeling van een idee tot uitgewerkt concept (29 juni) en managing by arts; hoe een artistiek concept financieel mogelijk te maken (21 juni). Meer informatie is hier te vinden.
De Parade zou de Parade niet zijn zonder voorstellingen dus zijn er diverse Parade-artiesten en -koks die tot en met 23 juli elke donderdagavond (van 5 tot 11) en zondagmiddag (van 3 tot 9) acte de présence geven in het TIN, samen met de Stijle, Want en Silent Disco.
Wij van Cultuurpodium hebben nu al weer zin in de Parade die vanaf 22 juni achtereenvolgens haar tenten opslaat in Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Amsterdam. Wij zullen deze zomer ruimschoots aandacht besteden aan de Parade (en andere theaterfestivals). En zoals we zagen in de tentoonstelling ergens aan de muur: "Een goede schouwburgdirecteur heeft geen schouwburg nodig".
Klinkt in ieder geval goed. In die buurten vindt gewoon meer plaats dan hier in het saaie zuiden…
V@nM@n (E-mail ) (URL) - 20-05-’06 20:41